Op 14 augustus 2025 waarschuwde de Poolse vicepremier en minister van digitalisering, Krzysztof Havkowski, dat een grote Poolse stad bijna zonder water had kunnen komen te zitten door een geblokkeerde cyberaanval op het watersysteemde dag ervoor. De aanval werd tijdig ontdekt en ingedamd, waarbij de systemen direct werden afgesloten. Havkowski noemde noch de stad, noch de vermoedelijke daders, maar benadrukte dat Polen gemiddeld 99% van cyberaanvallen weet te blokkeren.
Polen als frontlinie in hybride oorlog
Polen staat door zijn rol als logistiek knooppunt voor hulp aan Oekraïne consequent in het vizier van Russische cyber- en sabotageoperaties. Eerdere incidenten, zoals de hack op het staatsagentschap PAP met een nepbericht over de mobilisatie van 200.000 mannen en de brand in winkelcentrum Marywilska 44, worden door de Poolse autoriteiten aan Rusland toegeschreven. Deze reeks aanvallen illustreert volgens experts een systematische strategie van het Kremlin om kritieke diensten in Polen te treffen.
Strategische dreiging voor basisdiensten
De poging om de watervoorziening in een grote stad te verstoren, is een klassieke hybride tactiek: het doel is paniek creëren, vertrouwen in de overheid ondermijnen en een waarschuwing aan andere EU- en NAVO-hoofdsteden sturen. De operaties volgen doorgaans een patroon: eerst desinformatie, daarna gerichte cyberaanvallen en fysieke sabotage. Polen investeerde meer dan 3 miljard zloty in cyberbeveiliging naar aanleiding van eerdere vermoedelijke Russische aanvallen.
Cyberaanvallen met fysieke impact
Zelfs met een blokkadepercentage van 99% kan één geslaagde aanval een stad zonder water of elektriciteit zetten. In april 2025 kregen Russische hackers tijdelijk controle over een waterinlaat in Bremanger, Noorwegen, waarbij water werd geloosd zonder slachtoffers, dankzij een laag waterpeil. Dit incident toont dat Russische cyberoperaties fysieke processen en infrastructuur evenzeer als digitale data treffen.
Parallelle sabotageactiviteiten
Naast cyberaanvallen zet Rusland huurmoordenaars en buitenlandse agenten in voor brandstichting en destructieve acties in Europa. Polen koppelt grote branden, zoals in Marywilska 44, en series brandstichtingen door een Colombiaanse uitvoerder aan Russische opdrachtgevers. Dergelijke acties zijn kosteneffectief maar creëren een significant psychologisch effect.
Brede Europese context en reactie
Frankrijk, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk, de Baltische staten, Polen en Tsjechië melden herhaaldelijk brandstichtingen en provocaties tegen magazijnen en logistieke centra. Openlijke attributie aan Rusland leidt tot concrete reacties: strafzaken, arrestaties, diplomatieke maatregelen en verhoogde contraspionage. Experts benadrukken dat combinatie van juridische acties, sancties en speciale operaties de Russische “outsourcing” van sabotageactiviteiten kan verzwakken.