Redactie
Onder meer veiligheidsdienst FBI en het Amerikaanse ministerie van Binnenlandse Veiligheid waarschuwen voor mogelijke gewelddadige reacties op de aanslag in New Orleans op 1 januari. De instanties zijn bezorgd over het risico op kopiegedrag en wraakacties.
In New Orleans reed in de nacht van 31 december op 1 januari een pick-uptruck in op mensen die Oud en Nieuw aan het vieren waren. Zeker vijftien mensen kwamen daarbij om het leven. Volgens de politie ging het om een bewuste actie om zoveel mogelijk slachtoffers te maken.
De Amerikaanse autoriteiten zijn bezorgd over zogenoemde copycatincidenten, waarbij iemand probeert de aanslag na te doen en te evenaren of zelfs overtreffen. Ook wordt er gevreesd voor vergeldingsaanvallen. In beide gevallen is er sprake van gevaar van «gewelddadige extremisten», zeggen de instanties.
De FBI en het ministerie wijzen er in een gezamenlijke verklaring op dat voor een dergelijke aanslag alleen een voertuig nodig is, «dat via koop, huur of diefstal makkelijk te verkrijgen is».
Het voertuig waarmee de aanslag op 1 januari werd gepleegd, kwam kort na het incident stil te staan. De dader stapte uit en raakte in een vuurgevecht met toegesnelde politieagenten. Daarbij werd hij doodgeschoten. Twee agenten raakten gewond.
De dader had een vlag van de terroristische organisatie Islamitische Staat (IS) bevestigd aan de trekhaak van de pick-up. In het voertuig werd later een vermoedelijke bom aangetroffen. Het incident werd aangemerkt als terroristische aanslag.
