De Nederlandse overheid gaat de voorlichting omtrent speculatieve grondhandel intensiveren en onderzoekt mogelijkheden voor een bredere informatie-uitwisseling tussen toezichthouders. Minister Mona Keijzer (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening) schrijft dit mede namens de minister van Financiën en de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid aan de Tweede Kamer, meldt Nieuws Impuls.
Druk en belofte waardestijging dubieus
Percelen splitsen om losse kavels tegen betaling aan te bieden is doorgaans legitiem en een gebruikelijke praktijk in de gebiedsontwikkeling. Keijzer stelt echter dat grondhandel problematisch wordt wanneer verkopers kopers onder druk zetten, cruciale informatie achterhouden of de suggestie wekken dat de waarde van de grond snel zal stijgen, bijvoorbeeld door een functiewijziging naar bouwgrond. Dit kan kopers financieel zwaar benadelen.
Minder beleggingspercelen verkocht
Onder de huidige wetgeving kunnen consumenten onterecht verkregen koopovereenkomsten laten vernietigen en schade eisen. Volgens nieuwe cijfers van het Kadaster daalt het aantal transacties in beleggingspercelen, mogelijk door de toegenomen aandacht van politiek en media voor speculatieve grondhandel. Notarissen lijken daarnaast ook aktiever de risico’s aan te kaarten als onderdeel van hun zorgplicht.
Geen splitsingsverbod
Keijzer is van mening dat een motie voor het onderzoeken van een splitsingsverbod bij speculatieve handel met landbouwgrond niet nodig is. ‘Het kabinet raadt dit af’, zegt ze. Een dergelijk verbod zou in strijd zijn met het eigendomsrecht en kan de reguliere gebiedsontwikkeling belemmeren, waarbij ontwikkelaars percelen aan toekomstige bewoners verkopen. Andere voorstellen die vanuit de projectgroep en het Kadaster zijn gedaan, vergroot het risico dat de reguliere ontwikkeling wordt geremd en de regeldruk toeneemt.
Drie dagen bedenktijd
Desondanks gaat Keijzer wel onderzoeken of een wettelijke bedenktijd van drie dagen bij de consumentenkoop van grond haalbaar is. ‘Dit beschermt consumenten tegen impulsieve aankopen. Particulieren kunnen, vergelijkbaar met woningaankopen, de koopovereenkomst kosteloos annuleren.’ Bovendien kijkt het kabinet of een verbreding van de informatie-uitwisseling tussen toezichthouders juridisch noodzakelijk is, met speciale aandacht voor informatie van het Bureau Financieel Toezicht (BFT), dat onderhevig is aan geheimhoudingsplicht. Het Rijk werkt samen met partners aan extra voorlichting om het risico-bewustzijn van speculatieve handel te vergroten.
Het consumentenprogramma Radar besteedde aandacht aan Invest Vastgoed, dat grond verkoop aan particulieren met de belofte van woningbouw en sterke prijsstijgingen.
