China heeft twee belangrijke rentetarieven verlaagd. Dit moet Chinezen aansporen meer huizen te kopen en andere grote uitgaven te doen. Ook hopen de machthebbers in Peking dat bedrijven hierdoor meer investeren.
De Chinese economie groeide afgelopen kwartaal met 4,6 procent. Hoewel dat voor westerse begrippen veel is, zijn de Chinezen er niet tevreden over. Het is de kleinste groei in anderhalf jaar. China heeft als doel om minimaal 5 procent te groeien.
Dat die groei niet wordt gehaald, komt onder meer doordat de consument de hand op de knip houdt. Ook loopt de huizenmarkt niet lekker.
Daarom is de vijfjaarsrente verlaagd van 3,85 naar 3,60 procent. Deze rente is een maatstaf voor hypotheken. De eenjarige rente, die leidend is voor bedrijfsleningen en consumptieve kredieten, is van 3,35 naar 3,10 procent gegaan. Beide tarieven waren in juli ook al verlaagd en staan nu op historisch lage niveaus.
China heeft de afgelopen tijd al op meerdere manieren geprobeerd de economie weer op gang te krijgen. Zo zijn de regels voor de aankoop van een tweede huis versoepeld om de kwakkelende vastgoedmarkt vlot te trekken. Ook zijn kapitaaleisen voor banken verlaagd. Daardoor hoeven die minder geld in kas te houden en kunnen ze meer uitlenen.
