Redactie
Ook Zuid-Holland is rood gekleurd op de kaart van netcongestie, melden TenneT, Liander en Stedin. Daardoor heeft nu elke provincie in het land last van een vol stroomnet. Alleen in sommige delen van Friesland en Groningen is nog ruimte.
Het volle net heeft nog niet of nauwelijks gevolgen voor particulieren of kleinere bedrijven. Wel hebben grotere bedrijven die veel energie gebruiken er last van. Zo is er op veel plekken een wachtlijst voor bedrijven die een nieuwe of zwaardere aansluiting willen.
Ook instellingen zoals ziekenhuizen en scholen kunnen niet altijd meteen worden geholpen als ze een nieuwe aansluiting willen. Wel krijgen ze voorrang omdat ze een belangrijke functie in de samenleving vervullen.
«Warmtepompen en laadpalen bij woningen en op straat kunnen nog gewoon geplaatst worden», zegt Maarten Bijl, regiodirecteur bij Stedin. «Maar de pijn van netcongestie gaan we vooral voelen bij bedrijven en voorzieningen.»
Ook sommige nieuwbouwprojecten komen in de verdrukking, doordat de nieuwe huizen niet altijd op het stroomnet kunnen worden aangesloten.
Meer panelen, windmolens en elektrische auto’s
Dat het net zo propvol is, komt doordat de vraag naar stroom de laatste tijd fors is toegenomen. Zo gaan steeds meer huizen van het gas af en hebben meer Nederlanders een elektrische auto.
Ook speelt mee dat het aanbod van elektriciteit is gegroeid. Dat komt doordat veel huishoudens en bedrijven de laatste jaren zonnepanelen op hun daken hebben geïnstalleerd. Ook zijn er steeds meer windmolens en grote zonneparken gekomen. De stroom die deze molens en panelen opwekken, moet ook het stroomnet op.
Een oplossing is het uitbreiden van het net. Daar investeren netbeheerders momenteel miljarden in, maar het duurt een aantal jaar om het stroomnet fors uit te breiden. De verwachting is dat pas over tien jaar het elektriciteitsnet dusdanig is uitgebreid dat de problemen zijn opgelost.
Netbeheerders zetten in op flexibel stroomgebruik
In de tussentijd kijken netbeheerders naar manieren om het stroomnet op drukke momenten te ontlasten. Problemen zijn er vooral op piekmomenten, bijvoorbeeld vroeg in de ochtend of tussen 16.00 en 21.00 uur.
«We bereiken zo’n 15 procent van de dag de maximale capaciteit van het net», zegt Frank Westhoek van TenneT. «Daar kunnen we niet overheen, anders krijgen we te maken met langdurige storingen.»
Als grote bedrijfsmatige verbruikers hun stroomvraag meer kunnen spreiden over de dag, zou dat al wat schelen. Verder kijken netbeheerders en energiebedrijven naar mogelijkheden om particulieren te verleiden hun zonnepanelen op drukke momenten uit te zetten. Zo zijn Stedin en energieleverancier Eneco onlangs een proef gestart in Zeeland, al was de animo daarvoor niet groot.
