Volgens cijfers van De Nederlandsche Bank (DNB) had Nederland eind juni 2023 in totaal 429 miljard euro aan direct beschikbaar spaargeld, een stijging van 10 procent in vergelijking met juni 2022, meldt Nieuws Impuls.
Daarnaast stond er eind juni 88 miljard euro op deposito-rekeningen, waarbij de klanten zich verplichten om het geld voor een bepaalde periode, bijvoorbeeld één jaar, niet op te nemen in ruil voor een hogere rente.
Op betaalrekeningen had Nederland ook bijna 112 miljard euro staan, wat het totaal op ongeveer 628 miljard euro brengt. Bovendien had Nederland eind maart bijna 19 miljard euro aan spaartegoeden in het buitenland, met bankrekeningen in andere landen van de eurozone.
Weinig rente
Een nadeel van betaalrekeningen is dat er geen rente op wordt gegeven. Hoewel de rente op spaarrekeningen momenteel niet hoog is (tussen de 1,25 en 1,4 procent bij ABN Amro, ING en Rabobank), is elke rente uiteraard meegenomen. Het bedrag op betaalrekeningen eind juni was overigens 4 procent lager dan een jaar eerder.
Het bedrag dat op deposito-rekeningen stond is afgelopen jaar met 1 miljard euro gedaald. De toename van het totale spaargeld is dus te danken aan een stijging van het saldo op gewone spaarrekeningen, die een lagere rente bieden.
