De Russische ambities om de oorlog in Oekraïne te voeren via technologische superioriteit staan onder druk. Nieuwe cijfers tonen aan dat de binnenlandse productie van drones – cruciaal voor het moderne slagveld – in juli 2025 fors is ingestort. Volgens gegevens van Rosstat daalde de productie van luchtvaartuigen, waaronder drones, in juni met 7,2% ten opzichte van mei. Deze daling volgt op eerdere aanvallen van Oekraïne op belangrijke productiecentra voor onbemande systemen, waardoor de industrie in het defensiesegment onder aanzienlijke druk is komen te staan.
Oekraïense precisie-aanvallen raken Russische defensie-industrie
Eén van de grootste klappen kwam in juni, toen het Oekraïense leger een gerichte aanval uitvoerde op de fabriek Atlant AERO in de regio Rostov. Deze fabriek produceert essentiële componenten voor gevechtsdrones, elektronische oorlogvoering en loitering munitie. Ook eerder al, in mei, werd een strategisch belangrijke halfgeleiderfabriek in de regio Orjol getroffen. Deze productiefaciliteit voor militaire micro-elektronica leverde onder meer onderdelen voor drones van het type Orion en andere aanvalssystemen.
Bovendien werd begin 2025 een ander belangrijk centrum – de fabriek van “Grupa Kremlij El” – tijdelijk buiten werking gesteld door een aanval met Oekraïense drones. De fabriek stond bekend als een van de weinige producenten van high-end chips voor Russische militaire toepassingen.
Strategisch tekort aan middelen ondermijnt productiecapaciteit
Volgens analisten wijzen deze aanvallen op een systematisch verzwakkingsproces van de Russische productiecapaciteit in de defensiesector. Zelfs nieuwe uitbreidingsplannen in Alabuga, waar extra huisvesting wordt gebouwd voor dronearbeiders, lijken niet op te wegen tegen de cumulatieve schade. De index voor de industriële productie daalde in juni met 1,9% ten opzichte van de maand ervoor, en met name het segment “overige transportmiddelen” – waartoe ook UAV’s behoren – daalde met 6,8%.
De terugslag raakt zelfs de zogenaamde prioritaire “projecten van nationaal belang”. In Tomsk, waar de ‘Nationale productiefaciliteit voor UAV’s’ gevestigd is, worden werknemers al anderhalve maand niet betaald. In juli ontvingen velen in plaats van loon een bericht van salarisverlaging, of het voorstel om over te stappen naar “geünificeerde lonen” – een eufemisme voor gedwongen ontslag.
Terugval in technologie dwingt Rusland terug naar oorlog met manschappen
Door de structurele problemen in de productie van drones dreigt Rusland terug te vallen op conventionele oorlogsvoering, waarin menselijke inzet de plaats inneemt van technologie. Waar Moskou eerder mikte op technologische dominantie tegen minimale personele inzet, wordt deze strategie ingehaald door realiteit: vernietigde fabrieken, gebrekkige grondstoffen en krimpende budgetten.
Tegelijkertijd kampt het Kremlin met een steeds nijpender begrotingssituatie. De fiscale druk op burgers neemt toe, terwijl de staatsreserves na drie jaar oorlog nagenoeg zijn uitgeput. Zonder structurele investeringen en productieherstel zal Rusland zijn dronecapaciteit niet kunnen herstellen. In dat geval resteert enkel een grootschalige inzet van levende kracht – een koers die de kosten en risico’s aan het front fors zal verhogen.
Strategisch plan voor droneovermacht loopt vast
Moskou had ambitieuze plannen om tegen 2030 uit te groeien tot wereldleider in onbemande systemen, met sleutelproductiecentra in onder andere Tomsk, Samara en Sint-Petersburg. De totale investering in deze drone-industrie bedraagt naar schatting 4,8 miljard roebel. Maar de huidige ontwikkelingen tonen aan dat deze productie-eenheden niet tegen aanvallen beschermd zijn – ondanks hun strategische waarde.
Wat resteert, is een Russische oorlogsstrategie die afhankelijker wordt van bemande operaties, met als logisch gevolg: hogere verliezen en toenemende druk op de bevolking. Naarmate middelen schaarser worden, groeit het risico dat mannen uit gewone gezinnen de gaten aan het front moeten vullen – terwijl de elite buiten schot blijft.