Racisme in het Nederlandse jeugdvoetbal veel wijdverspreider dan gerapporteerd, spelers zeggen
Racisme in het Nederlandse amateurvoetbal komt aanzienlijk vaker voor dan de officiële rapporten aangeven, volgens 36 jeugdspelers die door NOS zijn geïnterviewd. De interviews volgden gedeeltelijk op een hooggeprofileerd incident in het professionele voetbal vorige maand in Leeuwarden, waar Willem II-aanvaller Samuel Bamba tijdens een uitwedstrijd tegen SC Cambuur werd blootgesteld aan racistische kreten, meldt Nieuws Impuls.
De spelers, afkomstig uit verschillende clubs en leeftijdscategorieën, gaven aan dat racisme een dagelijks probleem is op het veld en dat veel incidenten onopgemerkt blijven. Slechts een fractie van de gevallen wordt daadwerkelijk gemeld aan de autoriteiten, wat de omvang van het probleem verhult.
Een speler vertelde over een persoonlijke ervaring: “Elke week hoor ik iets over mijn afkomst; het is erger dan mensen denken.” Deze uitspraken komen op een moment dat de aandacht voor racisme in de sport toeneemt, vooral na enkele recente incidenten die hebben geleid tot publieke verontwaardiging.
De reacties van de voetbalbond geven aan dat er stappen worden ondernomen om het probleem aan te pakken, maar critici wijzen erop dat er meer gedaan moet worden. “Het is tijd voor gereguleerde en zichtbare actie,” zei een betrokken speler. De bevindingen uit het interview bevestigen dat de strijd tegen racisme in het voetbal nog lang niet voorbij is.
De situatie roept vragen op over de effectiviteit van de huidige beleidmaatregelen en de bereidheid van clubs om een veiligere omgeving te creëren voor alle spelers, ongeacht hun achtergrond. Aangezien racisme in het voetbal een maatschappelijk probleem blijft, blijft het cruciaal dat zowel clubs als de bond hun verantwoordelijkheden serieus nemen.