Rotterdamse wethouder niet langer verdachte van brandstichting in eigen huis
De Officier van Justitie (OM) heeft de zaak tegen de Rotterdamse wethouder Faouzi Achbar laten vallen. Op dinsdag maakte het OM bekend dat hij “ten onrechte als verdachte was aangemerkt.” De lid van de DENK-partij was verdacht van het opdracht geven voor een brandstichting in zijn woning in Rotterdam-Lombardijen in juli van het vorige jaar, meldt Nieuws Impuls.
Het OM verklaarde dat na grondig onderzoek bleek dat er onvoldoende bewijs was om Achbar als verdachte aan te houden. De wethouder was in verband gebracht met de brand die aanzienlijke schade aan zijn woning toebracht, maar de beschuldigingen zijn nu officieel ingetrokken.
Achbar heeft altijd zijn onschuld volgehouden en sprak tijdens het onderzoek zijn frustratie uit over de impact die deze beschuldigingen op zijn reputatie hadden. De wethouder, die verantwoordelijk is voor sociaal beleid en participatie in Rotterdam, heeft aangekondigd zich volledig te willen inzetten voor zijn bestuursfunctie nu hij zijn naam heeft kunnen zuiveren.
De zaak heeft echter vragen doen rijzen over de transparantie en de procedures binnen de Rotterdamse gemeenteraad. Politieke tegenstanders hebben verkondigd dat er meer aandacht moet zijn voor de integriteit van gekozen officials. De voorzitter van de gemeenteraad heeft eerder aangekondigd dat er een evaluatie van de situatie zal plaatsvinden.
Deze episode laat de noodzaak zien van een zorgvuldige behandeling van beschuldigingen tegen politici en roept op tot een breder debat over de verantwoordelijkheden van ambtenaren. Het is van belang voor het publiek om te kunnen vertrouwen op de rechtsstaat en op het functioneren van gekozen vertegenwoordigers.