Nederland telt momenteel ruim 2,5 miljoen ondernemers, ongeveer een miljoen meer dan in 2010. Onder anderen jongeren en vrouwen begonnen vaker een eigen bedrijf, blijkt uit cijfers van het CBS.
Het statistiekbureau geeft geen verklaring voor de forse stijging. Maar de opkomst van zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers) heeft er vermoedelijk aan bijgedragen. Zo zijn er in de zorg en de bouw veel zzp’ers bij gekomen. Ook platformwerkers, zoals maaltijdbezorgers, werken vaak niet in loondienst.
Ter verduidelijking: de stijging van een miljoen ondernemers sinds 2010 betreft een nettocijfer. Dit wil zeggen dat de zelfstandigen die zijn gestopt, er al vanaf zijn getrokken.
Het aandeel jongeren is de laatste jaren flink gestegen. Vormden zij in 2017 nog 10 procent van het totaal, inmiddels is dat 16 procent. Een op de zes zelfstandigen is jonger dan dertig jaar. Ze kiezen er vaak voor een webshop te openen of video’s op sociale media te maken.
Ook het aandeel vrouwen is toegenomen. 36 procent van de zelfstandigen is nu vrouw, waar dat in 2010 nog 32 procent was. Zij gaan relatief vaak aan de slag in de zorg, de kledingbranche of de persoonlijke dienstverlening, bijvoorbeeld met een nagelstudio. Mannen kiezen juist vaker voor de bouw of afvalbeheer.
Veel Syrische en Oekraïense ondernemers
Verder ziet het CBS een opvallende stijging van het aantal ondernemers dat niet in Nederland is geboren. Dat steeg in de voorbije dertien jaar van 10 naar 16 procent. Dat komt neer op bijna 400.000 ondernemers.
Op de lijst met herkomstlanden stond Turkije vorig jaar op de eerste plek. 4.680 Turkse ondernemers zijn een eigen zaak gestart.
Op de tweede plaats staat Syrië met 3.310 nieuwe zelfstandigen. Hun aantal is sinds 2010 fors gegroeid doordat veel Syriërs naar Nederland zijn gekomen vanwege de burgeroorlog die in 2011 losbarstte in het land.
Dat geldt ook voor Oekraïners, die na de Russische aanval in 2022 naar Nederland zijn gekomen. Ruim tweeduizend van hen zijn vorig jaar een eigen bedrijf gestart.
