Volgens presidentskandidaat Donald Trump zijn de Amerikanen er economisch gezien slechter aan toe dan vier jaar geleden, toen hij nog president was. Maar klopt dat wel? Heeft de Amerikaanse economie geleden onder het beleid van de huidige president Joe Biden?
De economie is van oudsher een belangrijk onderwerp voor Amerikanen bij verkiezingen. Volgens een onderzoek is de economie voor een meerderheid van de Amerikanen dit keer zelfs het belangrijkste thema tijdens de verkiezingen.
Het is goed te begrijpen dat de economie nu zo’n belangrijk thema is. Prijzen van voedsel en benzine gingen, net als in veel Europese landen, de afgelopen tijd in de VS flink omhoog.
Daarom stelt Trump bij bijna elke verkiezingsbijeenkomst een belangrijke vraag aan het publiek: «Ben je er nu beter aan toe dan vier jaar geleden?» Een vraag die hij zelf overigens niet heeft bedacht. Ook Ronald Reagan stelde zijn kiezers in 1980 deze vraag.
Het antwoord op die vraag is ingewikkeld. Want het is moeilijk te zeggen of het echt beter gaat dan vier jaar geleden, zegt Bianca Pander, Amerikanist en partner bij campagnebureau BKB. «Vier jaar geleden zaten we midden in de coronacrisis, die al tijdens het presidentschap van Trump over de wereld raasde. «Die tijd is gewoonweg niet te vergelijken met nu.»
Prijzen van voedsel en energie onder Trump en BidenFoto: NU.nl
Toch beweert Trump stellig dat het Amerikaanse volk er economisch gezien écht op achteruit is gegaan tijdens het Democratische bewind van president Biden. Tegelijkertijd beweert de Democratische kandidaat Kamala Harris juist het tegenovergestelde. Want op macroniveau gaat het juist heel goed met de Amerikaanse economie, zegt de vicepresident.
Dat klopt, zegt Pander. «De werkloosheid is bijvoorbeeld nog nooit zo laag geweest.» Harris pronkt tijdens haar campagne geregeld met dit soort successen uit de afgelopen vier jaar. En dat mag ook wel: er kwamen de afgelopen vier jaar zo’n zestien miljoen banen bij, blijkt uit cijfers van het Amerikaanse Bureau of Labor Statistics.
«Er gebeurt superveel en er is veel gebeurd de afgelopen jaren», vertelt Pander, die nu in de VS is. «Zo zijn ook de lonen omhoog gegaan.» De lonen stegen onder Biden gemiddeld zo’n 18 procent. «Maar dat is niet genoeg om de prijs van de boodschappen te evenaren.»
En dat klopt, zoals je in de figuur hieronder kan zien. «De benzineprijzen zijn ook hoog voor Amerikaanse begrippen. En dat is belangrijk voor Amerikanen. Want in de VS ben je nergens zonder auto.»
Nasleep van de pandemie
En laten die stijgende prijzen in het land nou net het speerpunt zijn van Trumps campagne. Volgens de presidentskandidaat is de regering-Biden verantwoordelijk voor de hoge prijzen. Zijn tegenstander Harris heeft het er maar moeilijk mee om dat te weerleggen, want iedereen kan zien dat de prijzen de afgelopen jaren hard zijn gestegen.
Maar in tegenstelling tot wat Trump beweert, zijn de hoge prijzen niet per se de ‘schuld’ van het Democratische beleid. Biden en vicepresident Harris kregen te maken met de gevolgen van de coronapandemie. En dat heeft nog lang problemen opgeleverd voor de economie. Daarnaast kreeg het land net als veel Europese landen last van de oorlog in Oekraïne, waardoor de inflatie in flink steeg.
«Biden kreeg een chaotisch land in de schoot geworpen», zegt Pander. «De nasleep van de onrustige jaren onder Trump: corona, de bestorming van het Capitool. En daarna kwam de inflatie, hoge energieprijzen, et cetera.»
Toch is de regering van Biden erg effectief gebleken. «Neem bijvoorbeeld met de Inflation Reduction Act, die een enorme economische impuls gaf», zegt Pander. De Inflation Reduction Act werd door Biden in het leven geroepen om — zoals de naam al doet vermoeden — de inflatie te verminderen.
«Biden wist in de nasleep van corona de consumptie weer aan te jagen», beaamt schrijver en Amerikakenner Frans Verhagen. «Daardoor heeft de Amerikaanse economie die periode zonder al te veel kleerscheuren doorstaan.»
Bouwen, bouwen, bouwen
Ook werd aan het begin van het termijn van Biden een wet aangenomen waardoor overal gebouwd wordt. «Die wet heeft met name op lokaal niveau veel betekend, want er kwamen bijvoorbeeld investeringen in wegen, spoorwegen en bruggen», zegt Pander.
Volgens Verhagen deed Biden ook veel voor gezinnen met kinderen. «Er werd meer geld vrijgemaakt, waardoor de kinderarmoede omlaag is gegaan.» En inmiddels lijkt ook de inflatie naar een acceptabel niveau te zijn gedaald, zegt de schrijver.
Dat klopt: inmiddels heeft de Amerikaanse economie de afgelopen kwartalen weer groei laten zien. «Al is het praktisch onmogelijk om deze tijd te vergelijken met vier jaar geleden. De Amerikaanse economie is weer relatief gezond», zegt Pander. «Dat is al best knap.»
Maar ook al is wat Trump over de economie zegt feitelijk niet waar, als Pander op straat aan mensen vraagt op wie ze gaan stemmen en waarom, beginnen er velen over Trump die iets zou willen doen tegen de hoge prijzen. «En dat is ergens ook wel te begrijpen. Alles is ook een stuk duurder dan vier jaar geleden. Dan kunnen mensen gewoonweg niet geloven dat het goed gaat met de economie. Want als ze in de portemonnee kijken, gaat het ook gewoon niet goed.»