
Abrahamsen wint maand na sleutelbeenbreuk Touretappe, Van der Poel komt te laat
Mathieu van der Poel heeft na een spannende finale net naast de ritzege gegrepen in de elfde etappe van de Tour de France.
De Nederlander kwam na een imponerende solo net tekort om koplopers Jonas Abrahamsen en Mauro Schmid bij te halen. De Noor Abrahamsen van Uno-X versloeg zijn vluchtgenoot in de sprint. Van der Poel kwam 7 seconden later als derde over de streep in Toulouse.
Tadej Pogacar ging in de laatste vijf kilometer onderuit in de groep met klassementsrenners. De drievoudig Tourwinnaar stapte snel weer op en verloor geen tijd.
Van der Poel komt dichtbij
Van der Poel reed in een achtervolgende groep tientallen kilometers lang op een kleine halve minuut achterstand van de koplopers en reed op de laatste klim van de dag weg bij de groep met onder anderen Wout van Aert. Het gat met koplopers Abrahamsen en Schmid was toen opgelopen tot ruim dertig seconden.

Van der Poel plaatst imposante versnelling op ‘muur’ in slotfase
De Nederlander, die deze Tour al een rit won en vier dagen de gele trui droeg, begon aan een imponerende solo waarin hij steeds dichter bij de koplopers kwam, maar het gat bleek net te groot. In de laatste kilometer was het verschil minder dan tien seconden, waardoor hij de koplopers zag rijden, maar hij moest genoegen nemen met plek drie.
Pogacar komt met schrik vrij
In de groep der favorieten veranderde er weinig in het algemeen klassement, ondanks de valpartij van Pogacar. De Sloveen haakte in de laatste vijf kilometer in het achterwiel van de Noor Tobias Halland Johannessen, waarna hij hard onderuit ging en een halve minuut achterstand moest goedmaken op onder anderen Jonas Vingegaard.

Pogacar valt in laatste kilometers, maar komt met schrik vrij
De anderen twijfelden echter geen moment en kozen ervoor om uit respect te wachten op de Sloveense veelwinnaar en topfavoriet, waardoor hij uiteindelijk geen tijd verloor op Vingegaard en geletruidrager Ben Healy. Na de etappe liet Pogacars teambaas Mauro Gianetti weten dat de schade meevalt.
Winst Abrahamsen
Wat de overwinning van Abrahamsen extra knap maakt, is dat hij minder dan een maand geleden nog zijn sleutelbeen brak bij een valpartij in de Baloise Belgium Tour op 18 juni. Na een heel snel herstel was hij toch op tijd fit voor de Tour de France.
Abrahamsen kende goede herinneringen aan de Tour. Vorig jaar stond hij tien dagen lang aan de leiding van het bergklassement en droeg daardoor ook de bolletjestrui.
Voor zijn eerste ritoverwinning moest Abrahamsen ontzettend hard werken. Klimmers, sprinters en aanvallers dachten op voorhand deze lastige rit te kunnen winnen, waardoor de eerste honderd kilometer chaotisch verliepen. Abrahamsen en Schmid reden al snel weg samen met de Italiaan Davide Ballerini, maar ze kregen geen ruimte van de groep erachter.
Pas na zeventig kilometer koers viel het peloton even stil op een smalle weg, waardoor de voorsprong van de drie groeide naar twee minuten. De eerder ontsnapte Mathieu Burgeaudeau en Fred Wright sloten nog aan, waardoor de koers in een plooi leek te vallen.
Vroege aanval Vingegaard
Niet dus. Veel ploegen hadden de slag gemist, waardoor de chaos opnieuw begon en de voorsprong van het vijftal snel slonk. Grote namen als Van Aert en Dylan Groenewegen sprongen mee, maar de grootste verrassing moest nog komen.

Vingegaard valt Pogacar aan op het vlakke, wereldkampioen moet achtervolgen
Vingegaard had gezien dat Pogacar achterin het peloton zat en sprong ineens naar een grote groep toe die net was weggereden uit het peloton. Samen met klassementsleider Healy. Zij probeerden gebruik te maken van de chaos om Pogacar onder druk te zetten. Van Aert, ploeggenoot van Vingegaard, trok vol door, maar Pogacar reed het gat zelf dicht.
Van der Poel rijdt weg
In die grote groep zat ook Van der Poel, die na de nieuwe samensmelting opnieuw demarreerde en gezelschap kreeg van Van Aert, Arnaud De Lie, Axel Laurance en Quinn Simmons. Die vijf wilden de laatste minuut dichten op de kopgroep.
Ze kwamen tot twintig seconden, maar beide groepen reden volle bak. In de finale bleken Schmid en Abrahamsen de sterksten voorin toen zij doortrokken op het voorlaatste klimmetje, terwijl Van der Poel daarachter de voorsprong niet te groot liet worden. In de finale probeerde hij solo het gat te dichten, maar dat lukte niet meer.
Bij de klassementsrenners deelde Vingegaard nog een speldenprikje uit op die laatste klim, maar Pogacar was in de finale van de rit attent en sprong meteen op zijn wiel. Na de valpartij van Pogacar besloot Vingegaard niet door een ongeluk tijd te willen winnen en wachtte hij op zijn concurrent.