Na drie tegengoals op rij uit een corner beseffen de spelers van het Nederlands elftal dat er iets moet gebeuren. Zondag in de EK-wedstrijd tegen Polen was het Adam Buksa die tussen Virgil van Dijk en Denzel Dumfries kon binnenkoppen.
“We balen, weer een goal uit een standaardsituatie. Dat moeten we goed analyseren”, zei Van Dijk zondag na de 2-1-zege in het Volksparkstadion.
Net als alle andere landen traint Oranje op het verdedigen van standaardsituaties en in het bijzonder corners, maar dat heeft niet het gewenste effect. In maart scoorde Duitsland zelfs twee keer uit een corner (Maximilian Mittelstädt en Niclas Füllkrug) tegen Oranje.
De laatste drie tegengoals voor de ploeg van bondscoach Ronald Koeman kwamen daardoor allemaal uit een corner. Ter vergelijking: in de 83 interlands daarvoor kreeg Nederland in totaal ook drie goals tegen uit een corner.
“Het is terecht dat jullie nu over de corners beginnen”, zei Dumfries. “Tegen Duitsland gebeurde ongeveer hetzelfde als hier tegen Polen. De bal ging net over mij heen en werd ingekopt. We lieten de tegenstander vrij.”
Dumfries: ‘We gaan goed analyseren’
Dankzij goals van Cody Gakpo en Wout Weghorst won Nederland alsnog in het Volksparkstadion. Hierdoor had de Poolse cornergoal geen grote gevolgen voor Oranje.
“Het is fijn dat het nu niet fataal was”, vertelde Dumfries. “Wat dat betreft is het misschien goed dat het nu gebeurde en niet op een cruciaal moment. Maar we moeten voorkomen dat een corner ons later dit EK wél fataal wordt. We gaan goed analyseren, kijken wat er beter kan.”
De volgende wedstrijd van Oranje is vrijdag in Leipzig tegen Frankrijk, dat vanavond eerst nog Oostenrijk treft.
