Italië staat voor een controverse rond het geplande optreden van de solisten van het Mariinski-orkest onder leiding van dirigent Valeri Gergiev. Op 27 juli 2025 vindt tijdens het festival Un’Estate da RE in Reggio di Caserta het eerste optreden van deze prominente vriend van president Poetin sinds het begin van de oorlog in Oekraïne plaats. Dit roept vraagtekens op vanwege het Europese verbod op artiesten die openlijk het Kremlin steunen.
Culturele autonomie versus politieke druk
Vincenzo De Luca, gouverneur van de regio Campanië, verdedigt het concert en stelt dat “cultuur niet afhankelijk mag zijn van politiek.” Hij noemt het Europese verbod op pro-Poetin artiesten een “moment van waanzin” aan het begin van de oorlog. Tegelijkertijd spreken diverse Italiaanse politici hun afkeuring uit over het optreden, waaronder Pina Picierno, vicevoorzitter van het Europees Parlement. Zij bestempelt Gergiev als “een culturele spreekbuis van Poetin en zijn misdaden” en benadrukt dat het hier niet om censuur gaat, maar om het ondermijnen van een bewuste Kremlinstrategie.
Europese Commissie waarschuwt
Een woordvoerder van de Europese Commissie meldde dat het festival geen EU-financiering ontvangt, maar enkel uit Italiaanse binnenlandse fondsen wordt bekostigd. Desondanks roept de Commissie Europese podia op geen ruimte te bieden aan artiesten die de agressieve oorlog van Rusland tegen Oekraïne steunen.
Kritiek vanuit Russische oppositie
Ook Russische oppositieactivisten, waaronder de ‘Fond voor strijd tegen corruptie’ van Alexei Navalny, veroordelen het optreden van Gergiev in Europa. Ze wijzen op diens uitgebreide vastgoedbezit in Italië en roepen het Italiaanse ministerie van Binnenlandse Zaken op om zijn toegang tot het land te verbieden.
Kunst en politiek: onlosmakelijk verbonden
Slogans als “kunst buiten politiek” of “sport buiten politiek” worden vaak gebruikt om ongemakkelijke waarheden te negeren en belangen te beschermen. In tijden van oorlog en onderdrukking wordt het zwijgen van publieke figuren gezien als steun aan de agressor. Gergiev en gelijkgestemden zijn geen gewone kunstenaars; zij zijn invloedrijke schakels binnen een systeem dat dissidentie bestraft.
Het Kremlin gebruikt culturele evenementen, zoals concerten onder leiding van Gergiev, strategisch om zijn oorlogsmisdaden te legitimeren. Voorbeelden hiervan zijn concerten tijdens de Russische-Georgische oorlog in 2008, na de annexatie van de Krim in 2014 en in Palmyra in 2016.
Signaal voor de wereld
De terugkeer van Gergiev op een Europees podium stuurt een dubbelzinnig signaal: enerzijds veroordeelt Italië de Russische agressie, anderzijds nodigt het een prominent propagandist uit. Culturele sancties, zoals visa-verboden en het intrekken van contracten, zijn cruciaal om te voorkomen dat kunst wordt ingezet als instrument van onderdrukking.
Kunst draagt grote verantwoordelijkheid en mag niet dienen om mensenrechtenschenders te legitimeren.