Vakbond FNV zet tijdens de cao-onderhandelingen bij ziekenhuizen en ING vol in op een vierdaagse werkweek. Op die manier moet de productiviteit worden verhoogd en de krapte op de arbeidsmarkt worden aangepakt. Werkgevers en deskundigen zijn minder enthousiast over de kortere werkweek.
Dat neemt niet weg dat de vierdaagse werkweek een van de belangrijkste speerpunten is voor de FNV tijdens de huidige cao-onderhandelingen. Ook het CNV zet in op arbeidsduurverkorting. De vakbond gaat voor een twee uur kortere werkweek met behoud van hetzelfde salaris. Op die manier moeten werkenden meer lucht krijgen.
Volgens FNV-vicevoorzitter Zakaria Boufangacha liggen de eerste voorstellen al op tafel bij cao-onderhandelingen bij ING en de ziekenhuizen. “Maar ook in de kinderopvang, het streekvervoer en de industrie is dat het geval.”
ING wil er niet al te veel over kwijt. “Het invoeren van een 32-urige werkweek is een van de voorstellen vanuit de vakbond. In onze gesprekken verkennen we de voors en tegens van de verschillende voorstellen”, zegt een woordvoerder.
De Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen (NVZ) zegt via de media kennis te hebben genomen van de inzet van vakbonden op een verkorting van de werkweek. “De gesprekken over de nieuwe cao ziekenhuizen zijn nog niet gestart. Die onderhandelingen vinden later dit jaar plaats. De NVZ loopt daarop niet via de media vooruit.”
‘Serieus kijken naar 32-urige werkweek’
Boufangacha vindt dat er serieus gekeken moet worden of de 32-urige werkweek kan worden ingevoerd. De vakbondsman verwijst daarbij naar meerdere onderzoeken die aantonen dat de productiviteit omhooggaat.
“Politici en werkgevers willen dat we meer gaan werken, maar dat is een doodlopende weg. Het verzuim onder werkenden is al hoog, er is veel uitval en mensen halen hun pensioen niet meer op een gezonde manier. We moeten de werktijden herverdelen.”
Boufangacha benadrukt dat er vooral slimmer gewerkt moet worden. “Dat betekent meer investeren in innovatie en technologie. Wat kan er in een organisatie efficiënter. Moeten we bijvoorbeeld wel zoveel vergaderen? En hoe zit het bijvoorbeeld met de administratieve last in de zorg? Dat kan gewoon omlaag. Het moet ook niet de bedoeling zijn dat we vijf dagen werk in vier dagen proppen.”
Twijfels over kortere werkweek
Toch zijn er veel twijfels over de zogenaamde kortere werkweek. Tot nu toe is dit op enkele uitzonderingen na nergens het geval. Achmea heeft sinds 2021 een 34-urige werkweek, terwijl 36 uur de norm was. En werknemers van softwarebedrijf AFAS hebben vanaf volgend jaar een vierdaagse werkweek, terwijl de arbeidsvoorwaarden hetzelfde blijven.
Maar daar blijft het voorlopig bij. Ton Wilthagen, hoogleraar arbeidsmarkt aan Tilburg University, vindt het heel onverstandig om een vierdaagse werkweek in te voeren.
“Dat is spelen met vuur, aangezien we te maken hebben met een enorme krapte op de arbeidsmarkt. Bovendien is er onvoldoende bewijs dat de productiviteit omhooggaat. En het is ook niet aangetoond dat mensen die minder dan 32 uur werken, dan meer uren willen maken.”
Wilthagen geeft verder aan dat er in geen enkel land sprake is van een vierdaagse werkweek. “Het is vooral wensdenken, maar ondertussen willen we dat de treinen rijden en moeten we altijd terechtkunnen op de spoedeisende hulp. Natuurlijk spreekt het mensen aan, maar we werken al zo weinig. Nederland is niet voor niets een deeltijdeconomie.”
De hoogleraar meent dat een vierdaagse werkweek veel problemen oplevert op de arbeidsmarkt. “Dat gaat namelijk niet werken in sectoren zoals de zorg en het onderwijs waar de krapte enorm is. Voor werkgevers is dit een nachtmerrie. Zij staan hier dan ook echt niet om te springen.”
‘Zoiets kan je niet op hele economie projecteren.’
Werkgeversvereniging AWVN is dan ook niet erg enthousiast over de vierdaagse werkweek. Anne Megens, directeur beleid en advies, benadrukt dat Nederlanders al te weinig uren werken. “Veel mensen werken al in deeltijd, soms maar 20 of 24 uur per week. Daar komt bij dat werknemers al voor een kortere werkweek kunnen kiezen. We moeten mensen juist verleiden meer uren te draaien vanwege de krapte op de arbeidsmarkt.”
Megens stelt dat de vierdaagse werkweek nog nauwelijks terug te vinden is in cao’s die zijn afgesloten. “Het neemt geen grote vlucht, hooguit bij enkele bijzondere bedrijven die door hun technologie de productiviteit kunnen verhogen. Maar zoiets kan je niet op een hele economie projecteren.”