Bedrijven mogen niet-gebruikte stikstofruimte uit bestaande vergunningen niet zomaar meer inzetten voor andere activiteiten. De hoogste bestuursrechter heeft bepaald dat de regels daarvoor strenger moeten worden. Het kabinet noemt de uitspraak “ingrijpend”.
Het schuiven van stikstofruimte heet ook wel salderen. Dat blijft nog steeds mogelijk, maar er zitten voortaan meer voorwaarden aan.
Het gaat om intern salderen. Dat betekent dat men de stikstofuitstoot van een nieuw project, zoals de aanleg van een weg of de bouw van een stal, wegstreept tegen de uitstoot die er op die locatie al was.
De Raad van State, de hoogste bestuursrechter van Nederland, deed woensdag uitspraak in twee zaken waar dit proces een grote rol speelde. Die zaken gingen over vergunningen die de provincie Noord-Brabant had afgegeven voor de Amercentrale in Geertruidenberg en destructiebedrijf Rendac in Son en Breugel.
Voor beide bedrijven moet de provincie op basis van de nieuwe richtlijnen een nieuwe beoordeling maken. De nieuwe regels moesten er onder meer komen door recente uitspraken van het Europees Hof van Justitie. Ook bleek dat rechtbanken in Nederland de afgelopen jaren verschillend omgingen met intern salderen.
Gevolgen kunnen ‘aanzienlijk’ zijn
De hoogste bestuursrechter verwacht dat dit ook gevolgen heeft voor andere bedrijven. Daarbij gaat het om gevolgen voor zowel de aanvraag van nieuwe vergunningen als vergunningen die de afgelopen vijf jaar zijn aangevraagd. Voor projecten uit de laatste categorie gaat wel een overgangsperiode tot 2030 gelden.
Minister Femke Wiersma (Landbouw) vindt de uitspraken “ingrijpend”, schrijft ze donderdag in een brief aan de Tweede Kamer. Ze kunnen volgens haar “aanzienlijke gevolgen” hebben voor de vergunningverlening. Onder meer de industrie, landbouw en infrastructuur kunnen hiermee te maken krijgen.
“Ik realiseer mij dat dit onzekerheid met zich meebrengt”, schrijft de minister verder. Het kabinet brengt de gevolgen de komende periode verder in kaart.
