Redactie
Een betere balans tussen werk en privé is de belangrijkste reden voor werknemers om thuis te werken. Verder geven ze aan thuis productiever te zijn dan op kantoor.
Ook het wegvallen van de reisvergoeding en reistijd worden genoemd. Dat blijkt uit nieuwe cijfers van de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) van onderzoeksorganisatie TNO en statistiekbureau CBS.
We werken gemiddeld nog altijd vijftien uur per week thuis. «Werknemers zijn ook vaker tevreden over de mogelijkheden die er zijn om thuis te werken. In 2019 ging dat om 63 procent en nu geeft bijna 90 procent aan tevreden te zijn», zegt onderzoeker Liza van Dam van TNO.
Volgens Van Dam heeft twee derde van de werknemers inmiddels afspraken gemaakt over thuiswerken. «In sectoren waar nauwelijks mogelijkheden zijn om thuis te werken, zoals het onderwijs, de zorg en de horeca, zien we dat er minder vaak afspraken over thuiswerken gemaakt worden.»
Mensen blijven nog steeds massaal thuiswerken op woensdag en vrijdag. Dat zal ook niet snel veranderen. Het is voor bedrijven te lastig om meer spreiding aan te brengen, aangezien er in ons land veel deeltijders zijn.
‘Ook deeltijders zorgen voor lege kantoren’
Een recordaantal mensen in ons land werkt parttime: 4,7 miljoen. De verwachting is dat de groei de komende jaren doorzet. «Veel deeltijders waren al vrij op die dagen, dat was voor de coronaperiode al zo. Daarom zien we lege kantoren op woensdag en vrijdag», zegt een woordvoerder van werkgeversvereniging AWVN.
«Dat maakt het lastig voor bedrijven om er iets aan te veranderen. Je kunt niet iedereen dwingen op woensdag te komen, als er mensen tussen zitten die geen kinderopvang hebben die dag.»
Dat neemt niet weg dat het hybride werken inmiddels helemaal is ingeburgerd. Bij de meeste bedrijven geldt nog steeds de regel: twee dagen thuis, drie dagen kantoor.
Enkele reis naar het werk duurt gemiddeld 32 minuten
De NEA meldt verder dat een enkele reistijd van huis naar de werklocatie vorig jaar gemiddeld 32 minuten duurde. Mensen die thuiswerken zijn, als ze naar hun werk gaan, gemiddeld een kwartier langer onderweg dan werknemers die niet thuiswerken.
Bijna de helft van alle werknemers werkt weleens thuis. Zij hebben gemiddeld 40 minuten nodig voor een enkele reis naar kantoor. De gemiddelde reistijd van werknemers die niet thuiswerken was 25 minuten.
Werknemers die op verschillende locaties werken, hebben een langere reistijd naar het adres van hun werkgever dan werknemers die naar een vaste werklocatie reizen. Bovendien is er een kleine groep werknemers die altijd thuiswerkt. Een reis vanuit hun woning naar de werklocatie zou gemiddeld 53 minuten kosten, ruim twee keer zo lang als de reistijd van locatiewerkers.
Absoluut recht op thuiswerken bestaat niet
In hoeverre werknemers wel of niet thuiswerken, hangt sterk samen met de benodigde reistijd naar het werk. Binnen de groep werknemers met een relatief korte reistijd (enkele reis van maximaal 20 minuten) werkt het merendeel niet thuis.
Bij een gemiddelde reistijd van 21 tot en met 30 minuten is de verhouding tussen thuis- en locatiewerkers vrijwel gelijk. Met een reistijd van boven de 30 minuten werkt een meerderheid van de werknemers weleens thuis.
Er bestaat geen absoluut recht op thuiswerken. Werknemers kunnen wel op grond van de Wet flexibel werken bij de werkgever een verzoek indienen om de arbeidsplaats te wijzigen. De werkgever overweegt vervolgens het verzoek en overlegt met de werknemer indien hij het verzoek afwijst. Er hoeven geen zwaarwegende belangen te zijn voor afwijzing, maar de werkgever moet het wel overleggen.
Bron: NU.nl
