Vitesse mag voorlopig geen profvoetbal meer spelen. De onafhankelijke licentiecommissie van de KNVB heeft de proflicentie van de noodlijdende club maandag ingetrokken. De Arnhemmers tekenen beroep aan tegen het besluit.
Vitesse kreeg tot vorige week maandag 12.00 uur de tijd om orde op zaken te stellen na jarenlang wanbeleid. De gedegradeerde club moest onder meer een miljoenentekort in de begroting van volgend seizoen én een schuld van 19 miljoen euro wegwerken.
Crisismanagers Edwin Reijntjes en Paul van der Kraan waren op deadline day hard op weg de geldproblemen op te lossen, maar in de laatste uren ging het alsnog mis. Een Amerikaanse koper, die Vitesse met een Nederlandse investeerder wilde redden, trok de stekker uit de overnameplannen.
Door het nieuwe drama kon Vitesse geen sluitende begroting inleveren. De licentiecommissie heeft daarom geen andere keuze dan het intrekken van de proflicentie van Vitesse. De club had eerder een maand uitstel gekregen.
Vitesse gaat in beroep tegen die beslissing, wat betekent dat de club uit 1892 nog blijft bestaan. De beroepscommissie van de KNVB zal over enkele weken opnieuw naar de situatie van de Arnhemmers kijken. Voor de start van het nieuwe seizoen in de Keuken Kampioen Divisie op 9 augustus moet er duidelijkheid zijn.
Toch gloort er hoop voor Vitesse. De club hoopt binnenkort met de Nederlandse investeerder Guus Franke een akkoord te sluiten over een overname. Pas als dat mislukt, een noodplan geen soelaas biedt en een eventuele gang naar de burgerrechter strandt, houdt de op één na oudste profclub van Nederland op te bestaan.
Vitesse kreeg veel tegenvallers
Het besluit van de licentiecommissie komt niet als een verrassing voor Vitesse. Nog voor het Amerikaanse drama hadden crisismanagers Reijntjes en Van der Kraan al rekening gehouden met dit scenario, omdat de zoektocht naar geld al tijden erg stroef verloopt.
De in april aangestelde Reijntjes en Van der Kraan begonnen nog voortvarend. Ze voerden een ingrijpende bezuinigingsronde van 10 miljoen euro door, organiseerden een succesvolle inzamelingsactie (die zo’n 2 miljoen euro opbracht) en sneden na een complexe operatie de banden met de omstreden Russische eigenaar Valeri Oyf door.
Daarna kwam de klad erin bij ‘Hollywood aan de Rijn’. De Gelderse zakenman Maasbert Schouten wilde 12 miljoen euro in de club stoppen, maar hij trok zich terug omdat stadioneigenaar Michael van de Kuit de huur van zo’n 3 miljoen euro niet wilde verlagen. Kort daarna zag ook Van de Kuit af van een overname.
Vitesse vestigde daarna zijn hoop op een forse geldinjectie van regionale investeerders, maar ook dat plan mislukte. Reijntjes en Van der Kraan haalden niet de gewenste 5 miljoen euro uit het Arnhemse zakenleven op.
Nachtelijk drama voor Vitesse
Recent kwam er meer schot in de zaak. Twee weken geleden ontving Vitesse vier biedingen van elk meer dan 10 miljoen euro: drie vanuit het buitenland en één vanuit Nederland. Uiteindelijk bleef er een gezamenlijk bod van de Amerikaan Frank McCourt, eigenaar van de Franse voetbalclub Olympique Marseille, en de Nederlandse investeerder Franke over
Vlak voor het verstrijken van de deadline van de licentiecommissie moesten zij nog één horde nemen: een akkoord sluiten met Coley Parry. Bij de Amerikaanse zakenman heeft Vitesse nog een schuld van 14,3 miljoen euro. Daarmee is Parry veruit de grootste schuldeiser bij het noodlijdende Vitesse.
De gesprekken tot in de late uurtjes liepen op niets uit. Parry wil nog steeds zoveel mogelijk geld van zijn investering in Vitesse terugzien. Daarop trok de Amerikaanse koper zich terug, enkele uren voor de deadline van de licentiecommissie van de KNVB.
De Nederlander Franke bleef daarna alleen over. De in Zwitserland woonachtige investeerder lijkt de redder van Vitesse te worden. Hij is bereid om de schuld bij Parry af te kopen en garant te staan voor het miljoenentekort in de begroting van volgend seizoen.
Parry is volgens Vitesse grote dwarsligger
Vooral een akkoord met Parry is essentieel. De Amerikaan is volgens Vitesse al langer de grote dwarsligger bij de redding van de noodlijdende club. Parry stak met zijn investeringsmaatschappij The Common Group in 2022 en 2023 in totaal 10,5 miljoen euro in Vitesse in de hoop de club over te nemen.
Dat liep anders. De licentiecommissie van de KNVB keurde de overnameplannen van Parry in februari af, omdat het geld van de Amerikaan ook na lang onderzoek van de commissie niet te traceren was. Ook in hoger beroep ging de beoogde overname van tafel.
De investering van Parry in Vitesse werd vervolgens niet omgezet in aandelen, maar in een schuld. Dit had de Amerikaan van tevoren met Vitesse afgesproken. Door boeteclausules en een rente van meer dan 10 procent liep de schuld de afgelopen maanden op tot 14,3 miljoen euro.
De afspraken met Parry werden in de zomer van 2022 gemaakt door toenmalig bestuurders Pascal van Wijk, Henk Parren en Peter Rovers. Zij zijn allemaal niet meer werkzaam bij Vitesse. Rovers maakte eind maart als laatste van de drie plaats voor Reijntjes en Van der Kraan.
De gesprekken van Vitesse met Parry zullen nu nog meer onder druk komen te staan. Bij een faillissement houdt de club na 132 jaar op te bestaan. Dan is Parry ook al zijn geïnvesteerde geld in de Arnhemmers kwijt. Hij is naar eigen zeggen niet uit op een faillissement van Vitesse.
