Hij pakte de volle buit bij de seizoenstart in Australië en krijgt in Shanghai een grote kans om een tweede tik uit te delen aan Max Verstappen en de overige concurrenten. Lando Norris begint als favoriet aan het grand prix-weekend in China. Er zijn vanwege een sprintrace in totaal 33 WK-punten te verdienen.
“Ik hoop dat we hier een iets makkelijker weekend krijgen en dat we zelf ook nog iets beter voor de dag komen”, zegt de 25-jarige McLaren-coureur. In Melbourne zorgde grillig weer voor een kletsnatte race en verraderlijke omstandigheden. Ook de racewinnaar maakte een flinke uitglijder, maar hij wist wereldkampioen Verstappen net achter zich te houden.
“Het ging behoorlijk goed in Australië”, blikt Norris terug op de openingsrace. “We lagen op een bepaald moment vijftien seconden voor, maar door incidenten en safety car-fases kon het hele veld aansluiten.”
Norris twijfelt de McLarens in China weer zo’n gat kunnen slaan. “Ik verwacht dat Ferrari hier veel sterker voor de dag komt dan in Melbourne. En ik denk dat Red Bull Racing ook dichtbij zit. Volgens mij zijn ze bijna net zo snel. In ieder geval is de kloof niet zo groot als veel mensen beweren, al hebben we bij droog weer een lichte voorsprong.”
Stap voorwaarts
Norris werkte een op het oog bijna vlekkeloos weekend af in Australië, maar de Brit ziet zelf nog genoeg verbeterpunten. “Ik mag natuurlijk niet klagen, maar mijn start was niet perfect. En ik ben de limiet van de auto nog aan het zoeken. Hij is geweldig, maar wel extreem lastig te besturen. Hij is een stap voorwaarts, maar past totaal nog niet bij mijn rijstijl. Ik moet me daaraan aanpassen en er het meeste uit halen. Een Formule 1-auto is altijd een compromis. En hij is niet slecht hoor. We kunnen er races mee winnen.”
Net als teamgenoot Oscar Piastri voelt Norris zich nog niet volledig op zijn gemak in de cockpit van de MCL39. “We proberen de auto sneller, maar vooral voorspelbaarder te maken. Dat scheelt heel veel in de zoektocht naar de ideale afstelling. Samen met mijn teamgenoot geef ik tips aan het team en we weten welke kant we op moeten met het doorontwikkelen. Dat is een groot voordeel voor ons. Niet elk team heeft twee coureurs die elkaar vertrouwen en toch zo kunnen pushen.”
Welke kant het op moet met de auto, die volgens de concurrenten de toonaangevende bolide van 2025 is? Norris laat niet het achterste van zijn tong zien, maar als verse grand prix-winnaar klinken zijn woorden tegenstrijdig, maar ook opmerkelijk onzeker.
“Het is moeilijk om een perfect rondje aan elkaar te knopen. Ik kan er nog niet lekker mee aanvallen. Bochten aansnijden, remmen, alles moet beter. Maar uiteindelijk maakt het niet uit. Ik moet het doen met de auto die ik krijg. Daar betaalt McLaren me voor. Omdat ze denken dat ik dat beter kan dan een andere coureur. En dan moet ik me misschien wat meer aan de auto aanpassen dan andersom.”
Nieuwe controles
Norris maakt zich geen zorgen over de striktere controles die autosportfederatie FIA met onmiddellijke ingang gaat uitvoeren op ‘flexibele’ achtervleugels. Rivaliserende renstallen bestempelen de McLaren-vleugel als verdacht. Het gaat concreet om het enkele millimeters doorbuigen tijdens racerondes. Dat verlaagt de luchtweerstand en verhoogt de topsnelheid.
“We hoeven niets aan de auto te veranderen. Onze vleugel is in orde. Ik denk niet dat de checks op ons zijn gericht. Blijkbaar draait het om andere teams.”
Tijdens de race in Melbourne deelde de teamleiding orders uit. Piastri oogde sneller, maar mocht Norris niet passeren. Volgens Norris stelde het niet zoveel voor en is de conclusie dat hij nu een voorkeurspositie heeft misplaatst.
“Dit ging om een paar rondjes. De omstandigheden waren tricky en we moesten langs achterblijvers. Je wilt dan niet het risico lopen dat je door geklungel in de muur klapt. Dan zouden we prutsers zijn. We lagen eerste en tweede en wilden geen stomme dingen doen. En Oscar krijgt echt nog genoeg kansen om tegen me te racen dit seizoen.”
Door de zege in Melbourne is Norris voor het eerst WK-leider. Hij zegt geen extra druk te voelen. “Het maakt voor mij geen verschil. Ik ben er niet mee bezig en relativeer het. Ik heb een goed weekend gehad, maar er komen er nog 23. Ik bekijk het per race. Pas halverwege het seizoen ga ik misschien aan de titel denken.”
