Vanaf 1 oktober zijn politieke advertenties niet langer toegestaan op Facebook en Instagram, en ook Google en YouTube zullen deze maand volgen. TikTok heeft deze beperkingen al geïmplementeerd. De timing van deze maatregelen komt precies in de cruciale weken van de Nederlandse verkiezingscampagne, zegt Claes de Vreese, hoogleraar politieke communicatie aan de Universiteit van Amsterdam, meldt Nieuws Impuls.
Belangrijk voor campagne
De Vreese benadrukt dat sociale media een cruciaal onderdeel van de campagne zijn geworden, ook voor individuele kandidaten. “Met deze advertenties kun je voor een relatief beperkt budget in zicht komen bij je doelgroep, waardoor ook minder bekende partijen belangrijke kiezersgroepen kunnen bereiken”, voegt hij toe.
Campagnestrateeg Marjolein Kampschreur bevestigt het belang van sociale media in de ‘mediamix’ van politieke partijen. “Partijen proberen hun boodschap zoveel mogelijk onder de aandacht te brengen van potentiële kiezers, en sociale media zijn daarvoor uitermate geschikt,” zegt ze.
‘Oneerlijk voor kleine partijen’
Een woordvoerder van D66, een partij die eerder veel op sociale media adverteerde, geeft aan dat er nieuwe strategieën moet worden ontwikkeld om jongeren tussen de 20 en 45 jaar te bereiken. Ook Forum voor Democratie, dat in het verleden veel gebruik maakte van sociale media, uit zijn onvrede over de nieuwe regels, die volgens hun het bereikbaar maken van een bredere kiezersschare bemoeilijken en oneerlijk zijn voor kleinere partijen.
Nog wel berichten plaatsen
Politieke partijen kunnen nog steeds berichten op sociale media plaatsen, maar deze zullen niet meer tegen betaling aan een groter publiek worden voorgesteld.
2,5 miljoen aan budget
Bij de vorige Tweede Kamerverkiezingen gaven politieke partijen in de maand voor de verkiezingen 2,5 miljoen euro uit aan advertenties op sociale media. De grootste uitgaven kwamen van GroenLinks-PvdA (690.000 euro), D66 (320.000 euro) en Forum voor Democratie (270.000 euro). Partijen konden hun advertenties richten op specifieke doelgroepen, waardoor ze effectiever konden zijn.
De verbod op politieke advertenties is het gevolg van nieuwe EU-wetgeving die op 10 oktober van kracht wordt. De regelgeving verplicht meer transparantie over wie de advertenties betaalt en voert strengere regels in met betrekking tot targeting.
‘Gedwongen’
Meta en Google hebben besloten om geen politieke advertenties meer toe te staan als reactie op de regelgeving. Meta stelt dat het bedrijf ‘gedwongen’ is om dit besluit te nemen, terwijl Google de situatie spijtig vindt, gezien de juridische complicaties die de nieuwe regels met zich meebrengen.
#ophef
De Vreese maakt zich zorgen over hoe partijen hun boodschap nog onder de aandacht zullen brengen. “Inhoud die provocerend is, zal beter presteren”, zegt hij. Campagnestrateeg Kampschreur voegt hieraan toe dat ophef goed werkt voor algoritmes en dat partijen mogelijk extremere inhoud zullen moeten creëren om opgemerkt te worden.
Het land in
Partijen zullen creatief moeten zijn en traditionele advertentiemethoden overwegen. “Verwacht een campagne dit jaar met minder zichtbaarheid op sociale media, maar met meer fysieke aanwezigheid in de straten,” zegt een woordvoerder van D66.
Uit een recente peiling blijkt dat het vertrouwen in de politiek nog nooit zo laag is geweest.