De inflatie in China loopt op. Hoewel de prijzen niet zo snel stijgen als verwacht, is het een lichtpuntje voor de Chinese economie. Die kampte eerder met dalende prijzen voor consumenten.
De prijzen voor consumenten in China zijn in augustus met 0,6 procent opgelopen tot het hoogste niveau in zes maanden. Tussen oktober 2023 en januari 2024 was er sprake van deflatie, oftewel negatieve inflatie.
Economen hadden een hogere inflatie voorspeld. Het inflatiecijfer neemt de zorgen over de kwakkelende Chinese economie, die met zwakke consumentenbestedingen en een aanhoudende vastgoedcrisis kampt, dan ook niet weg.
Terwijl veel grote westerse economieën worstelen met de dreiging van een hoge inflatie, probeert China juist deflatie te voorkomen. Dalende prijzen voor goederen en diensten zijn slecht voor de economie, omdat consumenten hun aankopen dan uitstellen in de hoop dat goederen nog goedkoper worden.
De Chinese overheid voerde dit jaar steunmaatregelen voor de particuliere sector op om de consumptie van huishoudens aan te jagen. Daarnaast heeft de Chinese centrale bank de rente verlaagd om de economie te steunen.
Hevige regenval maakte voedsel duurder
De inflatie kwam vorige maand uit op 0,6 procent, tegenover 0,5 procent in juli, meldt het Chinese statistiekbureau. Economen hadden gerekend op een stijging van de consumentenprijzen van 0,7 procent.
De inflatie werd gestuwd door een stijging van de voedselprijzen. Zo werden verse groenten flink duurder door hevige regenval in het land.
