Recordaantal museumkaarten verkocht, maar musea blijven financieel in de problemen

oktober 7 18:40
Recordaantal museumkaarten verkocht, maar musea blijven financieel in de problemen

Bijna driekwart van het aantal museumbezoeken door museumkaarthouders kwam van volwassenen die ouder zijn dan 35. De museumkaart was goed voor 31 procent van alle museumbezoeken, blijkt uit de cijfers van de Museumvereniging. Over de afgelopen jaren heeft de Museumvereniging echter een toename van het aantal jongeren met een museumkaart geconstateerd, meldt Nieuws Impuls.

Totaal werden er vorig jaar 30,8 miljoen bezoeken afgelegd aan de 473 musea, van het Amsterdamse Rijksmuseum tot het Zoutmuseum in Delden, die aangesloten zijn bij de Museumvereniging. 73 procent van de bezoekers kwam uit Nederland. 1,6 miljoen bezoeken kwamen op naam van leerlingen uit het basis- en voortgezet onderwijs.

Financiële zorgen

Het aantal bezoeken is nagenoeg gelijk gebleven. In 2023 ging het om 30,9 miljoen bezoeken. De omzet van de museumsector is gestegen van 1,26 miljard naar 1,31 miljard euro. Bijna de helft (49 procent) komt uit eigen inkomsten. 665 miljoen euro kwam uit subsidies, vooral van het Rijk (331 miljoen) en gemeenten (262 miljoen euro). De overheid heeft vorig jaar iets meer geld in musea gestoken.

De financiële zorgen voor musea blijven echter bestaan. 45 procent van de musea lijdt een operationeel verlies. Hoewel de verliezen per museum uiteenlopen, is het gemiddelde verlies ongeveer 65 duizend euro. De hele sector kampt met een tekort van 30 miljoen euro.

“De kosten stijgen harder dan de inkomsten. Met name de kosten voor onderhoud en beveiliging stijgen explosief, soms wel met 10 procent per jaar. Musea kunnen de prijzen van entreebewijzen niet overeenkomstig verhogen; we willen toegankelijk zijn voor iedereen en we zouden liever een kaartje goedkoper maken”, schrijft Jasmijn de Visser, zakelijk directeur van het Noordbrabants Museum, in het rapport bij de cijfers.

De gemiddelde entreeprijs voor volwassenen van 18 tot 65 jaar is in 2024 vastgesteld op 10,60 euro, een stijging van 6 procent in vergelijking met 2023, toen de prijs nog 10 euro was. Personeel en huisvesting zijn de grootste kostenposten voor musea.

Private fondsen

Entreegelden, horeca en de winkel brachten naast subsidies de meeste inkomsten voor de musea. Opvallend is de significante stijging in de inkomsten uit private fondsen, die zijn gestegen van 76 miljoen euro vorig jaar naar 95 miljoen euro dit jaar.

Private fondsen zijn opgericht door particulieren of organisaties (waaronder bedrijven). Voorbeelden hiervan zijn het Vriendenloterij Fonds en het Job Dura Fonds (van bouwbedrijf Dura Vermeer). Het Niemeijer Fonds is een voorbeeld van een particulier fonds.

Bedrijven en particulieren kunnen via het Cultuurfonds, tot november 2023 het Prins Bernhard Cultuurfonds genoemd, geld naar musea laten vloeien. Daarnaast ontvangen musea geld uit sponsoring (20 miljoen) en rechtstreekse giften (40 miljoen euro).

Aan de museumkaart wordt ook verdiend. Deze bedragen vallen onder de eerdergenoemde inkomsten uit kaartverkoop. Een nieuwe museumkaart kost 75 euro (ook in 2024), en de verlenging is iets goedkoper. Het geld wordt op basis van bezoekgegevens verdeeld.

Verdeling pot Museumkaart

“Grote en succesvolle musea met hoge toegangsprijzen nemen logischerwijs meer uit de ‘pot’ dan kleinere musea met minder bezoekers en lagere toegangsprijzen. Daarom is afgesproken dat we een zogenoemde ‘cap’ hanteren”, aldus de Museumvereniging. Deze ‘cap’, oftewel dit plafond, zorgt ervoor dat niet al het geld naar de grote musea gaat. “Daarmee profiteren de kleine musea relatief gezien het meeste van het succes van de Museumkaart”, aldus de organisatie.

Niet alle musea in Nederland zijn toegankelijk met de museumkaart. Om in aanmerking te komen voor het lidmaatschap van de Museumvereniging – een voorwaarde om aan te sluiten bij de museumkaart – moet een museum geregistreerd zijn in het Museumregister. Sommige leden van de Museumvereniging kiezen ervoor om niet mee te doen aan de toegang via de museumkaart, volgens een woordvoerder.

Daarnaast zijn er musea die helemaal niet bij het Museumregister zijn aangesloten. “Er zijn verschillende redenen voor musea om zich niet te laten registreren, maar de voornaamste redenen zijn het intensieve en uitgebreide toetsingstraject dat herhaald moet worden. Ook hebben niet alle musea de ambitie om lid te worden van de Museumvereniging of om de Museumkaart in te voeren”, zei Amber van Huigenbos van het Museumregister eerder dit jaar.

Fenix

“Een museum kan ook zonder registratie een goed museum en van toegevoegde waarde zijn voor de samenleving”, benadrukt zij. Bekende musea die niet met de museumkaart werken, zijn het Moco Museum in Amsterdam en Museum Voorlinden.

Bij het in mei geopende museum Fenix in Rotterdam is de museumkaart ook niet geldig, al moet dit in de toekomst veranderen. “Om de Museumkaart te mogen voeren, moet je als museum lid zijn van de Museumvereniging. Dit is een stevig traject, zeker voor een nieuw museum. Beide organisaties zijn wél voornemens een samenwerking te starten”, aldus een woordvoerder van het museum in juni.

Kunst kan helpen tegen depressie, meent het Dordrechts Museum:

Nederlandse biotechnologiebedrijf cut 20% van niet-medische banen, voornamelijk in Leiden
Vorig artikel

Nederlandse biotechnologiebedrijf cut 20% van niet-medische banen, voornamelijk in Leiden

Cubaanse huurlingen in groten getale vechtend aan Russische zijde in Oekraïne
Volgend artikel

Cubaanse huurlingen in groten getale vechtend aan Russische zijde in Oekraïne

Voeg een reactie toe

Your email address will not be published.

Mis het niet

Verwachte stijging van Nederlandse zorgpremies met 32 tot 40 euro in 2026

Verwachte stijging van Nederlandse zorgpremies met 32 tot 40 euro in 2026

Verhoging van zorgpremies in Nederland met 32 tot 40 euro