Redactie
Donderdagmiddag stond hij nog een plafond te verven. Enkele uren later kroonde Levi van Duijn, opgegroeid in een gezin met supporters van de rivaal, zich tot matchwinner voor Quick Boys in de bekerwedstrijd tegen Heerenveen (3-2). “Ik wil Feyenoord ontlopen.”
Als Van Duijn donderdagavond bezig is aan het interview met NU.nl klinkt plots een mededeling van de perschef van Quick Boys. “De laatste ruimt de kleedkamer op, Levi!”, klinkt het. “Mooi verhaal!”, roept Van Duijn terug, waarna hij lachend verdergaat met het gesprek.
Dat Van Duijn ver na middernacht nog interviews staat te geven in de catacomben van de hoofdtribune en daardoor nog geen tijd heeft gehad om zich om te kleden, heeft alles te maken met zijn heldenrol van eerder op de avond. Van Duijn kopte Quick Boys in de verlenging langs Heerenveen.
En dan is er veel media-aandacht, van ESPN tot het Leidsch Dagblad, die allemaal willen weten hoe Van Duijn zijn doelpunt heeft beleefd. “Ik maakte hem aan de kant van de Heerenveen-supporters. Wat ik zag, toen ik langs die fans rende? Boze gezichten!”
“Ik vond het wel mooi, joh. Dit doe je misschien maar één keer in je leven. Ik gooide me bewust voor die bal. Ik dacht: dan maar een gat in m’n hoofd. Maar hij ging erin. Dit is een heel mooie dag.”
‘De rivaliteit is Feyenoord-Ajax-achtig’
Dat Van Duijn de winnende maakte, was om meerdere redenen bijzonder. Sowieso omdat de aanvaller de week voor de wedstrijd tegen Heerenveen nog door een stevige griep was geveld. Én omdat hij op de wedstrijddag nog ‘gewoon’ had gewerkt als schilder (“Ik moest een plafond sauzen”).
Maar wat het vooral bijzonder maakte, is dat Van Duijn een van de weinige geboren Katwijkers in de selectie is, en dus uitgerekend hij het winnende doelpunt maakte. “Vorig jaar maakte Leonard de Beste tegen AZ ook al een doelpunt. Hij is ook een geboren Katwijker. Ik denk dat zo’n doelpunt wel iets extra’s geeft.”
Opmerkelijk genoeg groeide Van Duijn op in een familie vol fans van VV Katwijk, de grote rivaal van Quick Boys. “Mijn vader heeft er jarenlang in het eerste gekeept. En mijn moeder is er nog altijd bestuurslid. Ik kom dus eigenlijk uit een echte Katwijk-familie. Alleen maar leuk, die rivaliteit. Het ligt gevoelig in het dorp. Het is een soort Feyenoord-Ajax-achtige verhouding.”
Van Duijn genoot een groot deel van zijn opleiding bij de Katwijkers, maar koos er op zijn vijftiende voor zijn vrienden bij Katwijk te verlaten en zijn voetbaldroom na te jagen bij Quick Boys. “Je kan wel zeggen dat die stap goed heeft uitgepakt”, zegt Van Duijn.
‘Feyenoord bij de strot pakken is niet realistisch’
Van Duijn is bij Quick Boys onderdeel van een team dat zich meer en meer ontpopt als reuzendoder. Vóór Heerenveen moesten ook Eredivisionisten Almere City en Fortuna Sittard er al aan geloven op Sportpark Nieuw Zuid. “Dat we het nu opnieuw flikken is wel knap, maar zo verrassend is het niet meer”, zegt Van Duijn.
“Wij voelen geen enkele zenuwen voor zo’n grote wedstrijd. Onbewust groeit dat zelfvertrouwen ook in je hoofd. Weet je, de tegenstander zal zich wel op ons voorbereiden. Maar hoe bereid je je voor op achtduizend toeschouwers bij een amateurclub?”
“Ik zag dat je bij TOTO 3,45 keer je inzet kreeg als wij zouden winnen, terwijl je 40 keer je inzet kreeg als Rijnsburgse Boys van Feyenoord zou winnen. Dat zegt alles over onze status.”
Toch hoopt Van Duijn in de kwartfinales (de loting is vanmiddag) topclubs PSV en Feyenoord te ontlopen. “Ik ga voor Noordwijk. Thuis of uit maakt niet uit. Ik kan wel roepen dat we Feyenoord gaan pakken. Maar het is niet realistisch dat wij Feyenoord in De Kuip even bij de strot pakken. En als je ziet hoe ver we nu zijn, zou het gek zijn om niet voor het hoogst haalbare te gaan.”
Maar eerst wil Van Duijn, die in de catacomben op de foto ging met Heerenveen-coach Robin van Persie, even bijkomen. “Ik heb m’n baas geappt of ik morgen (vrijdag, red.) een dagje vrij kan zijn.” Dan lachend: “Ook hij is een Katwijk-supporter, dus ik ben er niet zeker van of het lukt.”
