Uit de woningbouwmonitor 2025 van de provincie Noord-Holland blijkt dat er meer woningbouwprojecten opstarten en dat het aantal verleende vergunningen groeit. Desondanks blijft de provincie met 15.200 woningen achter op de afspraken die zijn gemaakt in de Woondeals. Vooral het aanbod van betaalbare woningen is nog steeds onvoldoende, meldt Nieuws Impuls.
Het totale tekort aan woningen in Noord-Holland is afgenomen van 5,8% in 2024 naar 5,6% in 2025. Er is echter nog een aanzienlijke verhoging van de woningbouwproductie nodig om aan de vraag te voldoen. Er is met name behoefte aan betaalbare woningen, zoals sociale huur en betaalbare koopwoningen, terwijl ook het tekort aan midden-huurwoningen in bepaalde regio’s toeneemt. Van de woningen die woningcorporaties ontwikkelen, moet 30% onder de categorie ‘sociale huur’ vallen; helaas is dit nog niet in veel gemeenten gerealiseerd. De provincie maakt afspraken met gemeenten over het aantal te bouwen woningen en ziet hierop toe, ook in verband met de huisvesting van urgente groepen zoals dak- en thuislozen en ouderen.
Gemeenten geven in de monitor aan dat woningbouwplannen financieel niet altijd haalbaar zijn, wat leidt tot uitstel van projecten. Ook het ontbreken van infrastructuur, zoals wegen, en problemen met netcongestie maken het moeilijk om nieuwe woningen aan te sluiten op het elektriciteitsnet. De provincie onderzoekt per project welke ondersteuning nodig is en heeft recentelijk bijvoorbeeld een batterij aangeschaft om nieuwbouwwoningen van stroom te voorzien.
Verwachte toename nieuwbouw in 2026
Sinds het voorjaar van 2024 is er een sterke toename van het aantal woningen waarvan de bouw is gestart in Noord-Holland. Naar verwachting zal dit aantal in het najaar van 2025 oplopen tot 18.600 woningen. Voor 2026 wordt een verdere stijging voorspeld naar 19.000 nieuwbouwwoningen. Ook het aantal verleende bouwvergunningen vertoont een positief beeld, met naar verwachting 18.000 vergunningsverleenden in 2025.
Gedeputeerde Jelle Beemsterboer stelt: ‘We zijn blij met elke woning die gebouwd wordt en de groei die we zien. Ik waardeer de inzet van gemeenten, ontwikkelaars en woningcorporaties om meer te bouwen. Maar het tempo moet verder omhoog. Ook de provincie neemt haar rol waar dat kan. Vaak ontstaan er vertragingen door procedures rondom vergunningverlening. Daar willen we als provincie het verschil maken door middel van ons loket Versnelling Woningbouw. We willen gemeenten ook helpen om meer projecten te vergunnen met personeel uit het projectmanagementbureau dat momenteel in oprichting is. Daarnaast bekijken we maatwerkoplossingen, zoals het inzetten van een batterij wanneer een woningbouwproject nog niet op het stroomnet kan worden aangesloten.’