Gevangenissen kampen met grote problemen vanwege een personeelstekort en een cellentekort. Volgens experts moeten er vooral alternatieven komen voor korte celstraffen, om zo ruimte te creëren.
De Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI), die over de gevangenissen gaat, heeft al sinds eind 2023 grote capaciteitsproblemen. Maar in december 2024 werd het ook echt code zwart: minstens 99 procent van de plekken in de gevangenis is bezet. Sindsdien blijven de cijfers rond dat percentage hangen.
Het probleem is tweeledig, vertelt de woordvoerder van de DJI en staatssecretaris Ingrid Coenradie (Justitie & Veiligheid) aan NU.nl. “Er is personeelstekort en een cellentekort.” Vanwege het personeelstekort zijn er gewoonweg te weinig ogen om gevangenen in de gaten te houden. En daar is nou eenmaal 24/7 mankracht voor nodig.
“Gevangenissen worden geconfronteerd met de krapte op de arbeidsmarkt, waardoor het lastig is om medewerkers te werven”, legt Sonja Meijer uit over het personeelstekort. Zij is hoogleraar Penitentiair Recht aan de Radboud Universiteit en universitair hoofddocent Straf(proces)recht aan de Vrije Universiteit Amsterdam. “De DJI zet daar al jarenlang op in, maar het is gewoon heel lastig met deze arbeidsmarkt.”
Bezetting in gevangenissen stijgt
Daarnaast is er dus een cellentekort. Dat komt onder meer doordat er in de afgelopen tien jaar 26 gevangenissen zijn gesloten en er momenteel verschillende gevangenissen worden gerenoveerd.
Bovendien stijgt de bezetting in gevangenissen. “In het vorige kabinet is besloten dat er sneller wordt gestraft. Mensen krijgen daardoor sneller een celstraf, en die is vaak ook langer”, zegt de DJI. De dienst heeft zelf geen invloed op die straffen. Ze voert ze slechts uit.
Ook houden jongvolwassen en tot tbs-veroordeelden plekken bezet. Jeugdgevangenissen kampen namelijk ook al langere tijd met beperkte plekken en krapte op de arbeidsmarkt. Daar komt bij dat de uitstroom in jeugdgevangenissen is vertraagd door een tekort aan passende en tijdig beschikbare jeugdhulp. Daardoor zit deze groep langer vast in een gewone gevangenis.
Zo’n zelfde verhaal geldt voor tot tbs-veroordeelden. Zij kunnen vaak niet doorstromen, omdat ook tbs-klinieken bomvol zitten. Daar schreven we eerder dit artikel over.
‘Niet alleen probleem van DJI’
DJI heeft dit jaar ruim 3 miljard te besteden, maar volgens Coenradie zijn er “honderden miljoenen euro’s” extra nodig om de problemen in de gevangenissen op te lossen.
Het capaciteitsprobleem zit niet alleen bij de DJI, zeggen experts. “De DJI is slechts een onderdeel van de hele strafrechtketen”, stelt Meijer. Volgens haar moeten overal strengere keuzes gemaakt worden.
“Dat begint bij de keuze om iemand in voorlopige hechtenis te nemen”, vertelt de hoogleraar. “In Nederland wordt voorlopige hechtenis relatief vaak toegepast in vergelijking met het buitenland. In het buitenland is het gebruikelijker om onder voorwaarden op vrije voeten te blijven.”
Enkelband of langere taakstraf biedt alternatief
Daarnaast moet er een alternatief komen voor korte gevangenisstraffen, vinden experts. Rechters moeten bijvoorbeeld de mogelijkheid krijgen om elektronische detentie (een enkelband) op te leggen of langere taakstraffen.
Zo is er een groep veroordeelden die een straf tot drie maanden opgelegd heeft gekregen, maar geen grote problemen of schulden heeft, legt Jacques van Huet uit. Hij is oud-gevangenisdirecteur van de Bijlmerbajes en voorzitter van Stichting Restorative Justice, een innovatie- en kenniscentrum voor herstelrecht in Nederland. “Die mensen zou je een enkelband moeten geven. Dat scheelt de overheid een hoop geld, de veroordeelde kan thuisblijven, blijven werken en houdt zijn sociale contacten, maar heeft wel een vrijheidsbeperking.”
Ook Reclassering Nederland vindt dat er alternatieve straffen moeten komen. “Dat kan een enkelband zijn of taakstraffen in plaats van korte detenties”, vertelt een woordvoerder van de stichting. “Je hebt bijvoorbeeld mensen die in de gevangenis terechtkomen, omdat ze een boete niet kunnen betalen. Kom voor die groep met een alternatief”, legt ze uit.
Ook stelt Reclassering Nederland dat het aantal uren van een taakstraf omhoog moet. “Nu kan iemand een taakstraf van maximaal 240 uur krijgen. Als je dat aantal omhoog doet, is dat een flinke straf én is iemand die uren nuttig aan het werk.”
Maar volgens Meijer en Van Huet zijn voor veel delicten een korte gevangenisstraf nog altijd het uitgangspunt. “Terwijl andere straffen net zo’n vergeldende werking hebben”, stelt Meijer.
“Rechters associëren een vrijheidsbeperkende straf vaker met een celstraf dan met een enkelband”, meent Van Huet. “Maar ook een enkelband is een vrijheidsbeneming. Als je van je werk komt, moet je thuisblijven. En als je twintig à dertig meter vanaf je huis bent, gaat er een signaal af en wordt je weer opgepakt. Maar het betekent wel dat je van een enkelband een hoofdstraf moet maken en geen bijstraf.” Dat is momenteel wel het geval in Nederland.