Volgens gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek en het RIVM genereert Nederland nu al minder luchtverontreinigende stoffen dan de doelen voor 2030 vereisen, meldt Nieuws Impuls. De uitstoot van stikstofoxiden moet vanaf 2030 bijvoorbeeld 61 procent lager zijn in vergelijking met 2005, terwijl de doelstellingen voor fijnstof en ammoniak respectievelijk 45 en 21 procent zijn.
Ieder jaar minder
De rapporten geven aan dat Nederland deze doelen al in 2020 heeft bereikt. “Sinds 2005 worden er bijna ieder jaar minder stikstofoxiden uitgestoten. Stikstofoxiden komen vooral vrij bij het gebruik van fossiele brandstoffen, zoals in uitlaatgassen,” aldus het CBS.
Niet hetzelfde als klimaatdoelen
Hoewel Nederland vaak wordt bekritiseerd voor het niet behalen van klimaatdoelen, betreft dit meestal de bredere klimaatdoelen en de uitstoot van CO2. De cijfers van het CBS en RIVM zijn van toepassing op andere stoffen met vergelijkbare oorzaken: de verbranding van fossiele brandstoffen. “Als een auto op benzine rijdt, stoot deze CO2 uit, maar ook fijnstof en stikstofoxiden. Het ene leidt tot klimaatverandering, het andere tot luchtvervuiling,” legt Heleen Ekker, klimaatverslaggever, uit.
De daling van de stikstofoxidenuitstoot is deels toe te schrijven aan strengere milieueisen voor voertuigen. Naar verwachting zal de afname doorgaan, aangezien er meer schonere voertuigen, waaronder elektrische auto’s, op de weg komen, die geen stikstofoxiden uitstoten.
‘Goed nieuws’
Ekker noemt de dalende trend ‘goed nieuws’. “Luchtverontreiniging door fijnstof en stikstofoxiden is schadelijk voor de gezondheid. Deze stoffen kunnen de kleinste delen van de luchtwegen binnendringen, wat kan leiden tot astma-aanvallen en, bij langdurige blootstelling, tot hart- en vaatziekten.”
Vuurtje stoken
Ondanks de verbetering door schonere auto’s blijven huishoudens een belangrijke bron van fijnstofuitstoot, al is ook hier een daling waarneembaar. “Open haarden en kachels zijn nu een grote bron van fijnstof. Veel mensen beschouwen een vuurtje stoken als gezellig, maar het is ongezond voor de omgeving,” voegt Ekker toe.
