25.06.2024

Patiënten met lage inkomens hebben minder uitgebreide kankerbehandeling

Patiënten met lage inkomens hebben minder uitgebreide kankerbehandeling
Patiënten met lage inkomens hebben minder uitgebreide kankerbehandeling

Patiënten uit lagere inkomensgroepen ondergaan minder vaak een behandeling tegen een tumor dan patiënten uit hogere inkomensgroepen. De kankerpatiënten die minder te besteden hebben kiezen ook vaker voor minder ingrijpende behandelingen.

Het Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL) presenteert dinsdag het tweede deel van een groot driedelig onderzoek naar sociaal-economische status en kanker. In het eerste deel werd gekeken naar welke kankersoorten voorkomen bij Nederlanders met een lager inkomen. Het nog te publiceren derde deel gaat over het kwaliteit van leven voor verschillende inkomensgroepen.

De analyse is gebaseerd op cijfers uit de Nederlandse Kankerregistratie en op inkomensgegevens van statistiekbureau CBS. Het IKNL keek naar het medisch reilen en zeilen van mensen met een veel voorkomende tumorsoort: borstkanker, longkanker, darmkanker, prostaatkanker en melanoom.

De verschillen variëren per kankersoort en ook nog per behandelmethode. Zo ondergaat 67 procent van de patiënten met een hoger inkomen immuuntherapie bij uitgezaaide melanomen. Om die agressieve vorm van huidkanker te bestrijden kiest 47 procent van de lagere inkomens voor die therapie.

Als patiënten wel behandeld worden, ondergaan die met een lager inkomen ook vaker minder ingrijpende behandelingen. Bijvoorbeeld bij uitgezaaide dikkedarmkanker, waarbij chemotherapie de tumor kan remmen. 54 procent van de patiënten met hogere inkomens ondergaat zo’n behandeling, tegenover 39 procent van de mensen met een lager inkomen.

‘Minder vaardigheden om goed voor zichzelf te zorgen’

Mensen uit lagere inkomensgroepen met gevorderde kanker gaan in hun laatste half jaar wel weer vaker naar een hulpverlener dan lotgenoten met meer geld. Tussen effecten van behandeling, zoals complicaties en ziekenhuisopnames, zijn amper verschillen tussen de inkomensgroepen te zien.

Patiënten met een lagere sociaal-economische status hebben volgens het IKNL minder vaardigheden om in een medisch traject goed voor zichzelf te zorgen en zijn ook “minder bereid of in staat om te reizen voor medisch-oncologische zorg, wat hun keuze voor een behandeling kan beïnvloeden”.

Als (mogelijke) verklaring voor de verschillen noemt het IKNL ook dat minder welvarende mensen vaker bijkomende aandoeningen hebben, in een slechtere conditie zijn, zwaarder zijn en roken. Tevens nemen zij waarschijnlijk minder vaak deel aan programma’s voor conditieverbetering in aanloop naar de kankerbehandeling.