Redactie
De brandweer moest vorig jaar uitrukken voor zeker 314 natuurbranden. Er woedden ook 70 branden op militaire terreinen en 21 akkerbranden.
Juni was met 191 incidenten de maand met de meeste natuurbranden, blijkt uit een jaarrapportage van het Nederlands Instituut voor Publieke Veiligheid (NIPV). Dat komt mogelijk door de droogte in die maand.
Vijf natuurbranden kregen vorig jaar een zogeheten GRIP-status. Dat houdt in dat de hulpdiensten gecoördineerd samenwerken. Die branden woedden in het Drentse Assen (4 mei), het Limburgse Bergen (4 juni), het Noord-Hollandse Purmerend (12 juni), het Groningse Musselkanaal (16 juni) en het Groningse Ter Apel (18 juni).
De onderzoekers koppelden ook gegevens van het KNMI aan de brandmeldingen. Uit de analyse komt naar voren dat de meeste branden plaatsvonden bij temperaturen tussen de 20 en 30 graden. Bij één natuurbrand lag de temperatuur onder het vriespunt.
De branden op akkers vonden vooral in juni, juli en augustus plaats. Dat zijn de maanden waarin de graanvelden worden gedroogd en geoogst. De branden op militaire terreinen vonden het hele jaar plaats, maar alleen in de ochtend en middag. «Dit valt te verklaren doordat dit vooral de uren zijn wanneer defensie oefent», zeggen de onderzoekers.
Niet elke gemelde natuurbrand wordt ook zo aangemerkt
Het is voor het eerst dat het NIPV natuurbranden heeft bijgehouden. De meldingen worden sinds vorig jaar automatisch verzameld. Ook verduidelijkt de jaarrapportage welke branden uiteindelijk wel en welke uiteindelijk niet als natuurbrand zijn aangemerkt.
Mede hierdoor valt het aantal natuurbranden in de rapportage lager uit dan het aantal meldingen ervan bij de brandweer. Die telde er tot halverwege vorig jaar november al 450.
Bron: NU.nl
