Redactie
Eric-Jan Wagenmakers van de Universiteit van Amsterdam (UvA) heeft dinsdag een satirische Nobelprijs ontvangen voor zijn onderzoek naar de kansen op kop of munt. Ook een ander UvA-team won een zogenoemde Ig Nobelprijs.
Samen met een team van internationale wetenschappers onderzocht Wagenmakers of het inderdaad zo is dat de kant van de munt die boven wordt gehouden, ook de kant is waarop hij landt.
Er namen wereldwijd 48 mensen deel aan het onderzoek. Samen gooiden zij 350.757 keer een muntje op. Dat kostte de groep ongeveer 650 uur. De conclusie was dat er 51 procent kans is dat een munt landt op de kant die boven werd gehouden.
In de categorie Scheikunde ging een ander UvA-onderzoek met de prijs aan de haal. Een Nederlands-Frans team liet dronken en nuchtere wormen met elkaar racen. Dat werd gedaan in het kader van onderzoek naar zogenoemde actieve materie. Dat wordt door de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e) omschreven als materie die «bestaat uit deeltjes die energie met behulp van ‘een motortje’ omzetten in gerichte beweging en die dus voortdurend uit balans zijn».
Als we de eigenschappen daarvan beter kunnen begrijpen, is het op langere termijn misschien mogelijk om de beweging van zoiets als een zwerm vogels of een school vissen te voorspellen. Zo werd het onderzoek eerder omschreven in Folia.
Actieve materie zie je in de natuur terug in onder meer de vorm van lange series van dezelfde moleculen. Die worden polymeren genoemd en zijn eigenlijk te klein om goed mee te experimenteren. Wormen gedragen zich op een vergelijkbare manier. Om de activiteit van de wormen goed te bestuderen werd de ene groep wormen dronken door een doolhof gestuurd en de andere groep niet. De nuchtere wormen wonnen.
De Ig Nobelprijzen voor dergelijk opvallend onderzoek dat je een glimlach bezorgt, werden dinsdag voor de 34e keer uitgereikt. De ceremonie was op de campus van het toonaangevende Massachusetts Institute of Technology. Je kunt de uitreiking hier terugkijken.
