De prijzen aan de pomp zijn de laatste dagen gezakt naar het laagste niveau in bijna vier maanden. Dat blijkt uit data van consumentencollectief UnitedConsumers. Volgens directeur Paul van Selms komt dit vooral doordat de dollar minder waard is geworden.
Olietransacties worden afgerekend in dollars en de Amerikaanse munt heeft behoorlijk wat van zijn waarde verloren ten opzichte van de euro. Dit maakt olie goedkoper voor de Europese markt.
De gemiddelde adviesprijs van een liter benzine staat vrijdag op 2,134 euro. Dat is het laagste punt sinds 14 november vorig jaar. Ook diesel, waarvan de adviesprijs is gedaald naar 1,894 euro, stond sinds medio november niet zo laag.
Bovengenoemde bedragen zijn adviesprijzen. Veel tankstations geven korting, waardoor je op veel plekken bijvoorbeeld benzine kunt tanken voor minder dan 2 euro per liter.
Naast de goedkopere dollar speelt mogelijk ook de wereldwijde onrust mee die is ontstaan door het beleid van de Amerikaanse president Donald Trump. Zijn keuze om importheffingen in te voeren kan de wereldhandel beperken. Hierdoor kan de vraag naar olie minder worden.
Ook hebben olieproducerende landen, verenigd in OPEC+, besloten om hun productie op te voeren. Dit zorgt voor extra aanbod van olie, wat de prijs verder drukt.
Overigens is brandstof nog altijd relatief duur in vergelijking met eerdere periodes. Zo stond de adviesprijs van benzine afgelopen september nog rond de 2,07 euro.
