Huizenprijzen waren in oktober 11,5 procent hoger dan een jaar eerder. Dat is de grootste stijging sinds de zomer van 2022. En dat prijzen blijven stijgen, betekent dat je een recordbedrag van gemiddeld bijna 470.000 euro betaalt voor een koopwoning.
Dat blijkt uit nieuwe cijfers die statistiekbureau CBS vrijdag bekendmaakte. De prijs steeg niet alleen in vergelijking met oktober vorig jaar, maar ook met de maand ervoor. Huizenprijzen waren nog weer 0,8 procent hoger dan in september, schrijft het CBS. De gemiddelde prijs voor een koopwoning kwam daarmee in oktober uit op 467.355 euro. Dat bedrag lag nog niet eerder zo hoog, zoals je in dit diagram goed kunt zien.
De vorige piek lag in 2022 en die zijn we inmiddels ruimschoots gepasseerd. Volgens Carola de Groot, woningmarkteconoom bij de Rabobank, heeft dat deels met de flinke loonstijgingen van dit en vorig jaar te maken. “Mensen kunnen nu meer lenen op basis van hun inkomen. Daardoor hebben ze meer mogelijkheden wanneer ze op zoek gaan naar een koophuis.”
Daarnaast blijkt uit cijfers van Vereniging Eigen Huis, dat onderzoek doet naar het consumentenvertrouwen in de huizenmarkt, dat meer consumentenkopers vertrouwen hebben in de huizenmarkt. Ook denken steeds meer mensen dat de huizenprijzen blijven stijgen. En dat heeft invloed op de keuze om te kopen en op het bod dat je uitbrengt, legt De Groot uit.
“Als je verwacht dat de prijzen gaan dalen, dan zullen sommigen hun koopwens even parkeren. Terwijl anderen misschien een lager bod uitbrengen.” En andersom, wat nu dus het geval is. Als mensen verwachten dat de prijzen blijven stijgen, dan wegen ze dit mee in hun bod.
Ook staan er weinig huizen te koop. “Er staan nu wel meer huizen te koop dan op het dieptepunt, eind 2021”, zegt De Groot. “Maar historisch gezien zitten we nog steeds erg krap.” Ook dat duwt de huizenprijzen verder omhoog.
Wanneer houdt dit op? Niet op korte termijn, is de verwachting
De Groot verwacht dat de huizenprijzen “de komende tijd” wel blijven stijgen. “We houden rekening met verdere loonstijgingen. En het ziet er niet naar uit dat de woningkrapte minder wordt. En dat de rente waarschijnlijk niet veel zal stijgen of dalen remt de huizenprijzen ook niet af.”
Ondanks de flinke prijsstijging zijn er afgelopen maand meer huizen verkocht dan in oktober vorig jaar. Het Kadaster noteerde ruim 18.000 verkopen voor deze maand. Hoe kan dat? “Er zijn blijkbaar voldoende mensen die die prijs kunnen en willen betalen”, stelt De Groot. Want het kan nog, voor kopers die de financiële ruimte hebben. Met twee modale jaarinkomens heb je nog veel opties, al schiet je in vier op de tien gemeenten ook daarmee tekort.
“Maar je ziet toch dat bijvoorbeeld het aandeel jongvolwassenen is toegenomen bij de kopers”, zegt de woningmarkteconoom. En voor sommigen is dat een noodgedwongen keuze. Zij verdienen te veel voor sociale huur en kunnen niet makkelijk een woning in de vrije huursector vinden. Dan ben je als starter aangewezen op een koopwoning. Hoe dan ook zijn er nog genoeg mensen die een woning kunnen kopen. “Anders zou de prijs ook niet zo hard stijgen”, besluit De Groot.
