CPB levert geen duidelijkheid over woningbouwambities
De publicatie van de doorrekening van verkiezingsprogramma’s door het Centraal Planbureau (CPB) heeft geen duidelijkheid gebracht over de haalbaarheid van de ambitieuze doelstelling om jaarlijks 100.000 woningen te realiseren, meldt Nieuws Impuls. Ondanks de hoge prioriteit die vrijwel alle politieke partijen hechten aan het verminderen van het woningtekort, blijft het onduidelijk of de toegewezen budgetten voldoende zijn om deze doelstelling te bereiken.
Het CPB gaf in haar rapport geen uitsluitsel over de realisatie van de 100.000 woningen per jaar. De betrokken politieke partijen ontvingen een kwalificatie in de vorm van pijltjes omhoog of een horizontale lijn, maar dit biedt weinig houvast. De afwezigheid van een basispad voor woningbouw draagt bij aan deze onduidelijkheid. Dit basispad, dat normaal gesproken als referentie dient, houdt geen rekening met het mogelijk effect van een status quo van de beschikbare middelen.
Tussen 2026 en 2030 is bijna een miljard euro per jaar gereserveerd voor woningbouw, exclusief de infrastructuur. Het CPB heeft echter niet gespecificeerd hoeveel woningen met deze middelen gebouwd kunnen worden, noch of aanvullende financiën noodzakelijk zijn. Diverse partijen hebben extra subsidies ingeboekt om de woningbouw te stimuleren, en vier partijen hebben de intentie uitgesproken om de vennootschapsbelasting voor woningcorporaties te schrappen.
Daarnaast heeft het CPB aanzienlijke extra uitgaven voor rijksleningen en garantiestortingen bij het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) in rekening gebracht voor GL-PvdA. Tot 2030 zou dit kunnen oplopen tot € 10,8 miljard. Hoewel het CPB stelt dat deze maatregelen de nieuwbouw zullen bevorderen, zijn deskundigen van mening dat deze bestedingen voornamelijk nutteloos zijn, aangezien woningcorporaties meer te maken hebben met exploitatieproblemen dan met financieringsproblemen.
De huidige garantiestortingen zijn bovendien niet goed gericht. Het WSW kan nu nog geen leningen voor middensegment huurwoningen borgen zonder inbreuk op staatssteunregels. De Europese Commissie staat op het punt deze regels te versoepelen, wat mogelijkheden kan bieden voor de WSW om dit in de toekomst te doen, zonder dat er grote garantiestortingen nodig zijn.
Het is echter duidelijk dat woningbouw wordt belemmerd door veel uiteenlopende factoren, waaronder lange planningsprocedures, juridische procedures, en benodigde infrastructuur. Het CPB lijkt ten onrechte te suggereren dat het in staat is om een oordeel te geven over nieuwbouw op basis van de verkiezingsprogramma’s. Een erkenning van de beperkingen van hun prognosecapaciteiten op dit vlak zou gepaster zijn geweest.
Johan Conijn is directeur bij Finance Ideas en emeritus-hoogleraar woningmarkt van de Universiteit van Amsterdam.
Gepubliceerd in PropertyNL Magazine nr. 10, 24 oktober 2025