De opgepakte verdachten van de kunstroof in Assen hebben zelf ingestemd met de openbaarmaking van hun namen en foto’s. Justitieminister David van Weel zegt dat ze konden kiezen: “Of ze onthulden waar de objecten zich bevonden, of hun identiteit werd openbaar gemaakt.”
Het gaat om twee mannelijke verdachten uit Heerhugowaard. De identiteit van een derde verdachte, een vrouw uit dezelfde plaats, is nog niet bekendgemaakt. Een van de mannen zou eerder ruim vijf jaar hebben vastgezeten vanwege een gewelddadige woningoverval, schrijft De Telegraaf.
“We willen de kunstschatten zo snel mogelijk terug hebben. Daarbij speelt tijd ook een rol”, zegt Van Weel vrijdag tegen RTL Nieuws. “Als die stukken op weg zijn naar het buitenland of naar vernietiging, dan telt elke seconde. De verdachten hebben nu de keuze gehad om toch te vertellen waar de schatten waren.”
De politie is nog op zoek naar een vierde verdachte. Van die man is woensdag al een foto gedeeld. Hij zou enkele dagen voor de inbraak in een bouwmarkt in Assen zijn gezien. Ook wordt gevraagd om informatie over een zwarte Ford Transit. Een of meerdere verdachten zouden mogelijk kort na de inbraak in zo’n bestelbus hebben gereden.
Dieven drongen in de nacht van vrijdag op zaterdag met behulp van een explosief het Drents Museum binnen. Daarbij sneuvelden verschillende ruiten. Ze stalen vier kostbare gouden voorwerpen, waaronder de Helm van Cotofenesti uit de vijfde eeuw voor Christus.
Het museum had de voorwerpen van het Roemeens nationaal historisch museum in Boekarest in bruikleen. Ze waren onderdeel van een tentoonstelling over de Daciërs, een volk dat meer dan tweeduizend jaar geleden in het huidige Roemenië leefde. De Daciërs stonden bekend om hun goud.
