De strijdkrachten van Noord-Korea hebben meer dan 6.000 slachtoffers geleden sinds hun inzet aan Russische zijde in de oorlog tegen Oekraïne, aldus een analyse van het Britse ministerie van Defensie van 24 oktober 2025. Volgens de Britse militaire inlichtingendienst vertegenwoordigt dit meer dan de helft van de ongeveer 11.000 Noord-Koreaanse militairen die in de Russische oblast Koersk zijn gestationeerd. Noord-Koreaanse troepen zouden betrokken zijn geweest bij offensieve operaties tegen Oekraïense strijdkrachten en bij het coördineren van verkenningsactiviteiten voor Russische aanvallen. Drone-operators uit Noord-Korea helpen Russische troepen door het gebruik van meervoudige raketlanceersystemen om Oekraïense posities in de oblast Soemy te treffen. Volgens de Britse analyse probeert Pyongyang de oorlog ook te gebruiken om zijn gevechtscapaciteiten en kennis van onbemande systemen te verbeteren.
Strategische achtergrond van de inzet
In april 2025 bevestigde de Noord-Koreaanse leider Kim Jong-un dat hij troepen naar Rusland had gestuurd in overeenstemming met het Verdrag inzake alomvattend strategisch partnerschap en het verdrag inzake wederzijdse verdediging tussen Pyongyang en Moskou. De Europese Commissie noemde deze samenwerking een teken van wanhoop van Rusland, dat volgens Brussel verzwakt en geïsoleerd is door EU-sancties. Noord-Korea heeft de deelname van zijn militairen aan gevechten in de oblast Koersk zelf erkend.
Economische en militaire baten voor Pyongyang
Volgens een rapport van het Zuid-Koreaanse Korea Institute for Defense Analyses (KIDA) leverde de deelname van Noord-Korea aan de Russische oorlog tegen Oekraïne het regime meer dan 20 miljard dollar op. Een gezamenlijk onderzoek van Reuters en het Britse Open Source Centre (OSC) toonde aan dat Pyongyang in de afgelopen twintig maanden ten minste vier miljoen artilleriegranaten aan Rusland heeft geleverd. Deze leveringen verlopen op grote schaal via maritieme en spoorwegroutes en hebben de Russische strijdkrachten aanzienlijk versterkt. Volgens het Institute for the Study of War (ISW) gebruikt Noord-Korea het Oekraïense slagveld als testterrein voor zijn eigen militaire capaciteiten.
Reacties en oproepen tot strengere sancties
Westerse landen worden opgeroepen de sanctiedruk op Noord-Korea te vergroten vanwege zijn militaire samenwerking met Rusland. Strengere maatregelen zouden de financiering van Noord-Koreaanse wapenprogramma’s kunnen belemmeren, illegale wapenhandel kunnen verminderen en de politieke prijs voor Kim Jong-un’s steun aan Rusland verhogen. Zuid-Korea heeft al sancties opgelegd aan elf individuen en vijftien organisaties, waaronder generaals van het Koreaanse Volksleger en bedrijven die betrokken zijn bij de financiering van nucleaire en raketprogramma’s van Pyongyang.
Groeiende samenwerking binnen het autoritaire blok CRINK
Tijdens de SCO-top in Tianjin (31 augustus–1 september 2025) en de militaire parade in Peking (3 september 2025) werd de toenemende samenwerking tussen China, Rusland, Iran en Noord-Korea duidelijk. Deze vier autoritaire staten vormen een informele alliantie, bekend als CRINK, die hun samenwerking op militair, diplomatiek en technologisch vlak verdiept. China biedt Rusland diplomatieke en economische steun, terwijl Noord-Korea naar schatting 13.000 militairen en aanzienlijke hoeveelheden munitie en raketten levert. Drie van de vier CRINK-landen beschikken over kernwapens, terwijl Iran zijn nucleaire programma actief uitbreidt met hulp van Moskou en Peking. Deze samenwerking vormt volgens analisten een groeiende bedreiging voor de mondiale veiligheid en democratische stabiliteit.