Huiseigenaren betalen komend jaar gemiddeld 4,8 procent meer aan gemeentelijke belastingen dan dit jaar. Dat blijkt uit een onderzoek van Vereniging Eigen Huis naar 113 gemeenten. In één gemeente stijgen de lokale lasten zelfs met 39 procent.
Het gaat om de kosten voor de onroerendezaakbelasting (ozb), rioolheffing en afvalstoffenheffing. Die stijgen vaak flink, blijkt uit de steekproef onder de 113 van de 342 gemeenten waar de lokale belastingen al bekend zijn.
De stijging van 4,8 procent komt neer op ongeveer 45 euro extra. In totaal betalen huiseigenaren ongeveer 1.000 euro aan ozb, rioolheffing en afvalstoffenheffing.
In sommige gemeenten zijn de stijgingen veel extremer. De grootste stijging is volgens belangenvereniging Vereniging Eigen Huis (VEH) in de gemeente Renkum. Daar stijgt de ozb met maar liefst 39 procent, nadat die ook vorig jaar al flink was gestegen.
Ook in gemeenten als Reusel-De Mierden, Barendrecht, Overbetuwe, Hillegom, Rijssen-Holten en Druten stijgen de lokale lasten met meer dan 10 procent.
In twaalf gemeenten daalt de ozb juist
Van de 113 onderzochte gemeenten zijn er 12 waar de ozb juist daalt. De grootste daling is in Dongen, met 4,8 procent. Dat scheelt een huiseigenaar daar ongeveer 20 euro per jaar.
VEH vreest voor nog forsere stijgingen. Gemeenten krijgen de komende jaren fors kleinere bijdragen van de Rijksoverheid. Ze moeten de tekorten die in 2026 ontstaan dan vaak dekken met hogere lokale lasten voor huiseigenaren. Nu ziet de belangenvereniging gemeenten hier nog niet over vooruitdenken.
Huurders krijgen de hogere lokale lasten niet altijd automatisch voor de kiezen. De riool- en afvalstoffenheffing betalen zij wel. Maar de rekening voor de ozb, die is gebaseerd op de WOZ-waarde van het huis, gaat naar de woningeigenaar.